3.2 Verhoudingen, breuken, decimale getallen en procenten

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Rekenen Hoofdstuk: 3 Verhoudingen
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek en schrift op tafel. Open je boek op blz. 74.

les 2 Verhoudingen, breuken, decimale getallen en procenten

Huiswerk nakijken

Zijn er nog vragen over het huiswerk?

1 t/m 15

(70-73)

Terugblik:

De vorige les hebben we het gehad over breuken.

Hoe reken je een breuk uit op je rekenmachine?

2. Lesdoel 

Aan het eind van deze les:

- kun je met breuken rekenen (herhaling);

- Kun je breuken op de rekenmachine uitrekenen.

Lesdoel:

Ik weet/kan:

• dat verhoudingen, breuken, decimale getallen en procenten met elkaar te maken hebben en kan de getallen omrekenen
• kortingen berekenen m.b.v. procenten

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.

Je maakt zelfstandig opdracht 23 t/m 25 op blz. 182/183

Alex en Niels

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Ties, Noah, Shaqell, Niels, Bas

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

- Jara

Mini-check

Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Maak van de verhouding een breuk:

7 op de 10

1. 10%
2. 10/7
3. 7/10
4. 0,7

Maak van de verhouding een decimaal getal:

3 op de 10

1. 3/10
2. 0,3
3. 10/3
4. 30%

Maak van een decimaal getal een breuk:

0,5

1. 2/1
2. 50%
3. 1/2
4. 1 op de 2

Maak van een breuk een decimaal getal:

3/4

1. 75%
2. 25%
3. 0,25
4. 0,75

Bereken de korting op de laarsjes in euro's

Wie maakt wat?

Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht  t/m  op blz. t/m .

De rest doet mee met de instructie. 

4. Instructie

Leer uit je hoofd:

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

jullie gaan zelfstandig opdracht 16 t/m 30 op blz. 74 t/m 77 maken. 

Wie heeft nog extra instructie nodig Jara - of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken de opdrachten samen indien nodig.

Maak van de verhouding een breuk:

3 op de 4

1. 3/4
2. 0,75
3. 4/3
4. 75%

Maak van de verhouding een decimaal getal:

3 op de 4

1. 3/4
2. 0,25
3. 4/3
4. 0,75

Maak van een decimaal getal een breuk:

0,2

1. 2/1
2. 1/5
3. 2/10
4. 1 op de 5

Maak van een breuk een decimaal getal:

9/10

1. 0,1
2. 0,9
3. 90%
4. 10%

Wat is meer?:

3/5 of 0,7

1. 3/5
2. 0,7

Wat is meer?:

3/5 of 0,55

1. 3/5
2. 0,55

6. Zelfstandig werken

Je maakt nu zelfstandig opdracht 16 t/m 30 op blz. 74 t/m 77.

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdracht na.

Daarna ga je nog te maken werk afmaken.

7. Evaluatie:

1. Wat was het lesdoel?
2. Hoe ging het vandaag?
3. Wat is het huiswerk:

Huiswerk:

Maak opdracht:

16 t/m 30

(75-77)