1 meivakantie, getallen

Welkom terug!!!
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Welkom terug!!!

Slide 1 - Tekstslide

De kung-fu groet
Krijger (savaşçı, مقاتل) - Leerling (öğrenci ,طالب)

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag leren/doen?
  • Vlaggen en kleuren
  • Stil lezen (15 minuten)
  • De werkwoorden - voltooide tijd: schrijven en spreken
  • Vragen stellen
  • Antwoord geven
  • Tekst lezen en voorlezen
  • Vragen bij de tekst maken

Ghazal, Hadil, Mayen en Maria - werken in LOWAN

Slide 3 - Tekstslide

Ga staan als ik de vlag van jouw land aanwijs.

Welke kleuren heeft jouw vlag?

Slide 4 - Tekstslide

Welke kleur?
  • zee, water, lucht --> vrijheid (حرية)
  • natuur, grasvelden, bossen --> groei (نماء), hoop (يأمل), de kleur van de Islam
  • graan-of maïsvelden, de zon --> rijkdom (ثروة), optimisme (التفاؤل)
  • sneeuw, wolken --> vrede (سلام), zuiverheid (نقاء)
  • liefde, bloed --> kracht (قوة ), slachtoffers (الضحايا)
  • dood --> onderdrukking (القمع)

Slide 5 - Tekstslide

Welke kleuren zie je in de klas?
zwart

Slide 6 - Tekstslide

Stil lezen
  • Boek uit bibliotheek
  • Boek van de juf

Opdracht: schrijf van elke bladzijde drie belangrijke woorden in je schrift
De juf gaat de nieuwe leerlingen helpen met LOWAN.
timer
15:00

Slide 7 - Tekstslide

Balspel
Ga in een kring staan
je naam

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Ik heb in de vakantie ge+stam+d/t

Schrijf de voltooide tijd van deze woorden in je schrift

  • fietsen
  • gamen
  • leren
  • huiswerk maken
  • voetballen
  • shoppen

STAM = fietsen gamen - leeren
  • wandelen
  • koken
  • werken
  • rennen
  • joggen
  • tekenen

Slide 10 - Tekstslide

Ik heb in de vakantie ....
  • zwemmen              gezwommen
  • lezen              gelezen
  • tv kijken               tv gekeken
  • een stad/familie bezoeken               een stad/familie bezocht
  • opruimen              opgeruimd
  • uitslapen                 uitgeslapen

Schrijf dit in je schrift !!!

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht Spreken


Bijvoorbeeld:
Zoek iemand die in de vakantie heeft gewandeld.
Vraag:               Heb jij in de vakantie gewandeld?
Antwoord:     Ja, ik heb in de vakantie gewandeld.
                             Nee, ik heb in de vakantie niet gewandeld.
Zoek iemand die ...

Slide 12 - Tekstslide

Lezen
Een fiets voor twee

Slide 13 - Tekstslide

Wat hebben we gedaan?
Schrijf drie woorden op
die je deze les hebt geleerd

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat is je telefoonnummer?
Mijn telefoonnummer is:

Slide 16 - Tekstslide

Lange of korte klank: Lees voor
  • zeggen
  • leren
  • lopen
  • botten
  • ramen
  • kammen
  • zitten
  • dieren

Slide 17 - Tekstslide

Vervoegen: schrijf op in je schrift
  • zeggen
  • plakken
  • leren
  • tellen
  • lopen
  • heten
  • liggen
  • zitten
  • maken
ik zeg
hij ....
ik ....
jij ....
zij ....
ik ....
hij ....
ik ....
jij ....

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Het woord



- - - - - - - - - - - - - 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Rechten van de mens

Slide 24 - Tekstslide

In Nederland is iedereen even vrij
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

De Tweede Wereldoorlog
eindigde 80 jaar geleden.
Het was toen ...
A
1943
B
1944
C
1945
D
1946

Slide 26 - Quizvraag

Joden mochten in de oorlog
niet naar de dierentuin
maar wel naar de bioscoop.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Om in vrijheid te leven,
heb je rechten en wetten nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Wat is vrijheid
voor jou?

Slide 29 - Woordweb

Rechten en wetten
  • Rechten = je mag
  • Wetten/Regels =  je mag niet / je moet

Bijvoorbeeld:
  • Je mag je mening geven
  • Je mag niet rennen in de gang
  • Je moet je telefoon in de telefoonbak doen


Slide 30 - Tekstslide

Bijvoorbeeld in het verkeer
  • Je moet hier ...

  • Je mag hier niet ...


Slide 31 - Tekstslide

Schrijf in je schrift
Het moet = een verplichting

Het mag niet = een verbod

Het mag = een toestemming

Slide 32 - Tekstslide

Waarschuwingsborden: Pas op!

Slide 33 - Tekstslide

De weg vragen

Dag mevrouw/meneer, mag ik u iets vragen? 

Weet u waar .... is? 

Ik zoek ... .


Welke woorden heb je nodig:
  • links, rechts
  • linksaf, rechtsaf (slaan)
  • rechtdoor
  • oversteken
  • kruispunt
  • de (eerste, tweede, derde etc.) straat

Ga rechtdoor, tot het kruispunt. Steek het kruispunt over. Neem dan de eerste straat rechts en loop een stukje rechtdoor.
Ga links over de brug. Sla bij de stoplichten linksaf en je ziet de bibliotheek. De bibliotheek is aan de rechterkant.


Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Wordwall - de weg vragen

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Link

Slide 38 - Link

Slide 39 - Link

Slide 40 - Link

Slide 41 - Link

Slide 42 - Link