Beeldspraak herhalen en stijlfiguren H4

Herhalen voor poëzie-opdracht: stijlfiguren, beeldspraak en rijm (in die volgorde)
H4B
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolhavoLeerroute HLeerjaar 4

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herhalen voor poëzie-opdracht: stijlfiguren, beeldspraak en rijm (in die volgorde)
H4B

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Herhalen beeldspraak, stijlfiguren en rijm
Inspiratie + hoe analyseer je je gedicht?

Analyse van de liedtekst/het gedicht
12 maart 20.00 in Magister als één Wordbestand




Slide 2 - Tekstslide

Stijlfiguren: welke bespreken we?
- Herhaling                                 - eufemisme       
- pleonasme                              - hyperbool
- tautologie                                - understatement
- parallellisme                               - woordspeling
- opsomming (enumeratie)              - ironie
 - tegenstelling                              - sarcasme
- paradox                                   


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Het licht weerkaatst op de witte sneeuw.'
A
tautologie
B
pleonasme
C
understatement
D
eufemisme

Slide 17 - Quizvraag

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Vorig jaar heeft mijn cavia helaas zijn laatste adem uitgeblazen.'
A
tautologie
B
pleonasme
C
understatement
D
eufemisme

Slide 18 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je hier?
'Zij steunen elkaar door dik en dun.'
A
tegenstelling
B
paradox
C
pleonasme
D
herhaling

Slide 19 - Quizvraag

Welk stijlfiguur herken je hier?
'Van Nederland naar Bonaire is maar een kippeneindje (8000 km).'
A
eufemisme
B
herhaling
C
paradox
D
understatement

Slide 20 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je hier?
'Ik heb een uur op je staan wachten.'
A
paradox
B
hyperbool
C
tautologie
D
eufemisme

Slide 21 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
'Kom je weer niet naar de training? Je inzet is weer uitstekend.'
A
hyperbool
B
sarcasme
C
pleonasme
D
tegenstelling

Slide 22 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je hier?
'De laatsten zullen de eersten zijn.'
A
tegenstelling
B
understatement
C
paradox
D
hyperbool

Slide 23 - Quizvraag

Ik heb het idee dat ik de stijlfiguren kan herkennen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Personificatie
Een levenloos object krijgt menselijke eigenschappen.

Voorbeeld:
Het papier is geduldig.
De stoel zuchtte onder haar gewicht. 

 

Slide 28 - Tekstslide

Metonymia
metonymia = een deel van een geheel wordt genoemd als beeld. 
Voorbeeld:
Nederland won met 3-0 van Duitsland.
Ik lust nog wel een kopje.

Slide 29 - Tekstslide

'Laptops met Windows zijn stom. Geef mij maar een Apple.'
A
metafoor
B
metonymia
C
personificatie
D
vergelijking

Slide 30 - Quizvraag

'Hoorde je die klas met elkaar kletsen? Wat een kippenhok was dat lokaal!'
A
metafoor
B
metonymia
C
personificatie
D
vergelijking

Slide 31 - Quizvraag

metafoor
metonymia
personificatie
vergelijking 
Hitler rukte razendsnel op naar de Duitse grens
Het riviertje kabbelde vriendelijk door het dal.
Je hartslag sust me in slaap.
We zullen haar uit de brand helpen.
Tijd is als lucht: je ziet het niet maar het is er wel.
Zij is tot over haar oren verliefd.
Het hele lokaal viel stil na die opmerking.

Slide 32 - Sleepvraag

Welke vorm van beeldspraak herken je hier?
'Zoek toch eens een leuk vriendje; je komt altijd maar aanzetten met zo’n babyface. '
A
metafoor
B
metonymia
C
personificatie
D
vergelijking

Slide 33 - Quizvraag

Welke vorm van beeldspraak herken je hier?
'Wij maakten een mooie tocht op de rug van het schip der woestijn.'
A
metafoor
B
metonymia
C
personificatie
D
vergelijking

Slide 34 - Quizvraag

Welke vorm van beeldspraak herken je hier?
'Mijn opa heeft een anker op zijn onderarm.'
A
metafoor
B
metonymia
C
personificatie
D
vergelijking

Slide 35 - Quizvraag


A
metafoor
B
metonymia
C
vergelijking
D
personificatie

Slide 36 - Quizvraag

metafoor
metonymia
personificatie
vergelijking
Die mevrouw is ijdel als een pauw.

Voetbal is oorlog.
Het is hier net een kippenhok!
De bal huppelde als bij toeval de goal in.

De storm huilde om het huis alsof hem iets werd aangedaan.
Zullen we nog een glaasje drinken?
Even de neuzen tellen.

Slide 37 - Sleepvraag

12 maart

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Handige sites voor poëzie
https://www.poezieverrijkt.nl 
https://www.poeziepaleis.nl/wedstrijden/12-18/ 
https://www.gedichten.nl/nedermap/poezie/index.html

Goede dichters: Heytze, Moeyaert, Slauerhoff (verdrietig), Wilmink, Vasalis, Rawie 

Slide 44 - Tekstslide

omarmend rijm
gepaard rijm
gekruist rijm
verspringend rijm
slagrijm
abba
abab
aaaaa
aabbccdd
abcabc

Slide 45 - Sleepvraag

Welke vorm van rijm herken je hier?
A
omarmend rijm
B
gepaard rijm
C
gekruist rijm
D
slagrijm

Slide 46 - Quizvraag

Welke vorm van rijm herken je hier?
A
gekruist rijm
B
omarmend rijm
C
gepaard rijm
D
slagrijm

Slide 47 - Quizvraag

Welke vorm van rijm herken je hier?
A
gekruist rijm
B
verspringend rijm
C
gepaard rijm
D
omarmend rijm

Slide 48 - Quizvraag

Welk vorm van rijm herken je hier?
A
omarmend rijm
B
gekruist rijm
C
verspringend rijm
D
gepaard paar

Slide 49 - Quizvraag