Havo2 - week 16 - Spelling H4.1 - thuiswerkuitleg

Welkom!
Nederlands - spelling 4.1
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, di, wo, vrij

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Nederlands - spelling 4.1
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, di, wo, vrij

Slide 1 - Tekstslide

- Uitleg spelling - tussenletters in samenstellingen. 


Doel: 
- Je kunt twee woorden op de goede manier aan elkaar plakken (samenstelling)
- Je kunt 5 regels noemen wanneer je GEEN -en schrijft. 



Vandaag in de les:

Slide 2 - Tekstslide

Er komt altijd een -s- tussen twee woorden als je hem hoort. 
beer + wijfje = wijfjesbeer

Maar soms start het tweede woord met een s-. Dan hoor je het niet. Verander dan het tweede woord:
meisje + school = Meisjesschool/ meisjeschool?
meisje + fiets =  meisjesfiets = meisjesschool
Tussenletters in samenstellingen: -s-

Slide 3 - Tekstslide

De -(e)n-  is moeilijker. 

In principe schrijf je hem altijd als het eerste deel een zelfstandig naamwoord is en een meervoud op -en heeft:
Artikel uit een krant = krantenartikel

Maar er zijn veel uitzonderingen:
Tussenletters in samenstellingen: -(e)n-

Slide 4 - Tekstslide

Je schrijft geen -(e)n- als het eerste deel:
  1. Geen zelfstandig naamwoord is (armelui)
  2. Geen meervoud heeft (bezinegeur)
  3. Alleen een meervoud op een -s heeft (douchebak)
  4. Meervoud op -s en -n heeft (giraffehals)
  5. Een versterkende betekenis heeft een de hele samenstelling is bn (beresterk)
  6. uniek is (in Nederland/wereld) (maneschijn, zonneklaar, koninginnesoep
Uitzonderingen: -(e)n-

Slide 5 - Tekstslide

Dan zoek je het op in een (online) woordenboek!
(niet te moeilijk doen)
Wat als je twijfelt?

Slide 6 - Tekstslide

Hoe schrijf je deze samenstelling?
Omgang+regeling

Slide 7 - Open vraag

Hoe schrijf je deze samenstelling?
zwijn+stal

Slide 8 - Open vraag

Hoe schrijf je deze samenstelling?
spin+web

Slide 9 - Open vraag

Hoe schrijf je deze samenstelling?
spin+wiel

Slide 10 - Open vraag

Is deze stelling waar? (ja/nee)
omdat je stationswinkel schrijft, is het ook stationschef

Slide 11 - Open vraag

Is deze stelling waar? (ja/nee)
je schrijft groentensoep, want het meervoud van groente is groenten

Slide 12 - Open vraag

Wat:  eigen leerlijn spelling H4 - samenstellingen

Wanneer: Deze week (14 t/m 17 april, week 16)
Hoe: werk netjes, als je iets niet snapt, dan mag je het opzoeken/in de chat vragen. 
Aan de slag!

Slide 13 - Tekstslide