Uiterlijk voorspellen

Uiterlijk voorspellen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Uiterlijk voorspellen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kun je...
uitleggen hoe de geslachtschromosomen X en Y de kans op het krijgen van een jongen of een meisje bepalen. Een kruisingsschema opstellen om het genotype en fenotype van nakomelingen te voorspellen. De overerving van genen en de invloed daarvan op het fenotype van nakomelingen beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het voorspellen van uiterlijk?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De verhouding tussen de geslachtschromosomen X en Y
Geslachtschromosomen bepalen de kans op het krijgen van een jongen of een meisje. De X- en Y-chromosomen bepalen het geslacht van de nakomeling.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het gebruik van een kruisingsschema
Kruisingsschema's combineren het genotype van ouders om mogelijke genotypen en fenotypen van nakomelingen te voorspellen. Hiermee kunnen veredelaars het uiterlijk van nakomelingen voorspellen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De overerving van genen
Eigenschappen zoals haarkleur kunnen over meerdere generaties worden doorgegeven. Dit resulteert in een variatie van fenotypen binnen een familie.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fenotype
Waarneembare eigenschappen van een organisme.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Genotype
Genetische samenstelling van een organisme.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

P-generatie
De oudergeneratie in een kruisingsschema.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

F₁-generatie
De eerste generatie nakomelingen in een kruisingsschema.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

F₂-generatie
De tweede generatie nakomelingen in een kruisingsschema.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homozygoot
Twee identieke allelen voor een gen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heterozygoot
Twee verschillende allelen voor een gen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dominant
Een allel dat tot uitdrukking komt in het fenotype, zelfs als er maar één kopie van is.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Recessief
Een allel dat alleen tot uitdrukking komt in het fenotype als er twee kopieën van zijn.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.