3.4 Christendom in Europa

Huiswerk vandaag 
Lezen paragraaf 3.3 Het feodale stelsel handboek bladzijdes 36 en 37 

Maken van paragraaf 3.3 vraag 2, 5, 6, 7 en 13, bladzijdes 30 en 31 opdrachtenboek
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Huiswerk vandaag 
Lezen paragraaf 3.3 Het feodale stelsel handboek bladzijdes 36 en 37 

Maken van paragraaf 3.3 vraag 2, 5, 6, 7 en 13, bladzijdes 30 en 31 opdrachtenboek

Slide 1 - Tekstslide

3.4 Christendom in Europa
handboek bladzijdes 38 en 39

Slide 2 - Tekstslide

KA 
De verspreiding van het Christendom in geheel Europa 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

De Roomse en de Byzantijnse Kerk
Roomse-Katholieke kerk: 
  • Geleid vanuit Rome. 
  • Hoogste geestelijke is de Bisschop van Rome: De Paus. 
  •  Geestelijke macht. 

Slide 5 - Tekstslide

De Roomse en de Byzantijnse Kerk
(Grieks-)Orthodoxe kerk: 
  • Geleid vanuit Constantinopel. 
  • Keizer heeft wereldlijke en geestelijke macht 
  • Keizer benoemt de patriarch
  • Griekse taal

Slide 6 - Tekstslide

De Roomse en de Byzantijnse Kerk
Tweezwaardenleer vanuit het Westen: 
  1. Er is een wereldlijke macht: Zij die de staten leiden zoals keizers en koningen. 
  2. Er is een geestelijke macht: Zij die de kerk leiden. Geestelijk macht van Christus gekregen. 

Slide 7 - Tekstslide

De Roomse en de Byzantijnse Kerk
Oosterse Schisma 1054: 

Scheuring in het christendom tussen: 
  • Latijnse Rooms-Katholieke kerk. (Westen)
  • Griekse-Orthodoxe kerk (Oosten)

Slide 8 - Tekstslide


Paleizen...

Tussen 1309 en 1377 woonden de pausen niet in Rome, maar in de Franse stad Avignon. Dit was in die tijd hun paleis, het Palais des Papes.


  • De Paus, de leider van de kerk, had in de Middeleeuwen enorm veel macht, soms zelfs meer dan een koning of keizer.

  • De Paus en andere hoge geestelijken, zoals bisschoppen, hadden veel grond en woonden in enorme paleizen, vol luxe.

Slide 9 - Tekstslide


...en kloosters



  • Lage geestelijken, zoals priesters, monniken, pastoors en nonnen,, woonden en leefden vaak veel eenvoudiger.

Slide 10 - Tekstslide


...en kloosters

hoge geestelijken waren rijk. Zij leefden als edelen. 
bisschoppen en abten waren hoge geestelijken

Slide 11 - Tekstslide

Monniken
Kloosters: 
  • Mogen het domein van het klooster niet verlaten. 
  • Geen bezit. 
  • Strikte gehoorzaamheid aan de Abt. 
  • Ora et Labora (Werken en Bidden)

Slide 12 - Tekstslide

De Bekering van Clovis
  1. 496. (Legende) Clovis wint een veldslag door de god van de Christenen aan te roepen. 
  2. Hij laat zich met duizenden krijgers dopen. 

Slide 13 - Tekstslide

De Bekering van Clovis


Kerstening: Het verspreiden van het christelijk geloof door missionarissen. 


Slide 14 - Tekstslide

Missionarissen
Missionarissen: Geestelijken die het christelijk geloof verspreiden. 

Karel de Grote ondersteunden deze missionarissen met: 
  1. Geweld tegen missionarissen, kerken en kloosters toloreerde hij niet. 
  2. Stuurde troepen mee met de Missionarissen. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Bonifatius
754 vermoord bij Dokkum 

Willibrord 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wederzijdse beinvloeding
Heidense gebruiken werden met christelijke gewoonten gecombineerd. 

Doel: Heidenen bekeerde zich makkelijker tot het christendom. 

Slide 19 - Tekstslide

Syncretisme

Wederzijdse beïnvloeding - bijv. twee culturen die elkaar beïnvloeden

Sun-day - eerste dag van de week, dag van Jezus' opstanding (Jezus als stralende Zon)

Mon(moon)day

Tues(Tiws)day

Wednes(Wodans)day

Thurs(Thors)day

Fri(Freia)day

  • Speelde een belangrijke rol in de verspreiding van het Christendom in geheel Europa
  • Voordelen: bestaande gebruiken konden blijven bestaan, waardoor het nieuwe geloof niet al te bedreigend overkwam en eerder (in delen) werd geaccepteerd

Slide 20 - Tekstslide

Samensmelting
Om heidenen te bekeren sloot de kerk aan bij heidense gebruiken. 25 december was het feest van het licht.

Zelfs het woord 'God' is Germaans: 'datgene waaraan wordt geofferd'. 

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen paragraaf 3.4 Christendom in Europa
handboek bladzijdes 38 en 39 

Maken van paragraaf 3.4 vraag 1, 3, 5, 7, 13 en 14
opdrachtenboek bladzijdes 32 en 33 

Slide 22 - Tekstslide