Marktverovering H1 en H2


1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les


Slide 1 - Tekstslide

Wat is marketing?
Ondernemers proberen zoveel mogelijk winst te maken. Ze zullen daarvoor zo goed mogelijk in moeten spelen op de behoeften van de doelgroep.

Om zo goed mogelijk in te spelen op deze behoeften doen ze marktonderzoek en gebruiken ze marketinginstrumenten.

Slide 2 - Tekstslide

H1 B2c-,b2b-,c2b- en c2c marketing
waarde consumeren
waarde creëren
jumbo, kruidvat,, bakker
staalfabrikant, baksteenfabrikant, groothandel
rommelmarkten, garageverkoop, marktplaats.nl, Ebay
affiliate marketing (vloggers, social influencers)
crowdsourcing (gebruik maken van groep consumenten)
Co-creatie (samenwerken met consumenten)

Slide 3 - Tekstslide


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 4 - Quizvraag

Bij b2b-marketing wordt meer aandacht besteed aan het onderhouden van relaties
dan op de particuliere markt.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 5 - Quizvraag


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 6 - Quizvraag

H2 Interne en externe bedrijfsomgeving
- de SWOT analyse als basis voor marketingstrategie
extern: Macro (buiten bedrijfstak) en Meso (binnen bedrijfstak)
de onderneming heeft hier individueel geen invloed op
intern: binnen de onderneming;  de onderneming heeft hier invloed op
strategie:
offensief
strategie:
verdedigen
strategie:
verbeteren
strategie:
terugtrekken

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

De Macro-omgeving
De macro-omgeving omvat factoren waarop een organisatie geen invloed kan uitoefenen. 

Een model om de macro-omgeving in kaart te brengen is de DESTEP-analyse. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

H2 Interne en externe bedrijfsomgeving
- het vijfkrachtenmodel van Porter
onderzoek van de bedrijfstak
hiermee kan je een inschatting maken van de relatieve concurrentie en aantrekkelijkheid van een bepaalde bedrijfstak

Slide 11 - Tekstslide

Door toepassing van het vijfkrachtenmodel van Porter krijgt een potentiële ondernemer inzicht in de macro-economische omgeving van de onderneming.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 12 - Quizvraag

De macht van leveranciers is beperkt als er veel leveranciers op de markt actief zijn en er veel substituten aanwezig zijn.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 13 - Quizvraag

Vrachtwagenchauffeurs uit Roemenië zijn veel goedkoper dan Nederlandse vrachtwagenchauffeurs. Voor een vrachtvervoerder In Nederland is dit een zwakte.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 14 - Quizvraag

Een beleggingskantoor beschikt over hoog opgeleide professionals. Dit is een kans voor het beleggingskantoor.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 15 - Quizvraag

De combinatie van een sterkte met een kans levert een offensieve strategie op.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 16 - Quizvraag

Touroperator WildEast heeft als eerste met succes de Himalaya als nieuwe
vakantiebestemming in haar pakket opgenomen en daardoor een goede naam verworven op de vakantiemarkt. Omdat er steeds meer mensen een reis willen maken naar de Himalaya willen ook andere touroperators nu reizen naar de Himalaya aanbieden. Welk strategisch alternatief ligt voor touroperator WildEast voor de hand?
A
aanvallen
B
ombuigen / terugtrekken
C
verdedigen
D
verbeteren/versterken

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

INTERN

EXTERN

Concurrentie analyse
Product
Politieke ontwikkelingen
Bedrijfsanalyse
Huidige afnemers
Afnemersanalyse
Prijs
Bedrijfstakanalyse
DESTEP

Slide 19 - Sleepvraag

Slide 20 - Tekstslide

H3 marketingstrategie
waardestrategieën van Treacy en Wiersema
Apple, Bang & Olufsen
Hema, Aldi, Ryanair
KLM, Bever, Albert Heijn

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Kies de juiste waardestrategie voor de bovenstaande bedrijven
Product Leadership
Operational Excellence
Customer Intimacy
Apple
Toyota
Ikea
Google
Action
Kapper
Netflix

Slide 23 - Sleepvraag

Slide 24 - Video

Marktsegmentstrategie
kies een doelgroep (marktsegment)
Maak een keuze voor een marktsegmentstrategie
Positionering, Positioneer jezelf in de markt

Slide 25 - Tekstslide

H3 marketingstrategie
marktsegmentatie
drie strategieën:
  • geconcentreerde marketing
    (gericht op één bepaalde doelgroep)
  • gedifferentieerde marketing
    (apart marketingbeleid gericht op meerdere doelgroepen)
  • ongedifferentieerde marketing
    (1 marketingbeleid gericht op totale afzetmarkt)
= opdelen van de afzetmerkt in verschillende doelgroepen

Slide 26 - Tekstslide

Een product uitbrengen voor de gehele markt (voor elke doelgroep)
Bijvoorbeeld: Melk

Slide 27 - Tekstslide

Eenzelfde product uitbrengen met elk een eigen doelgroep OF 1 product op verschillende manieren aan verschillende doelgroepen aanbieden
Bijvoorbeeld: Volle Melk, Halfvolle Melk en Biologische melk

Slide 28 - Tekstslide

1 product voor 1 marktsegment
Bijvoorbeeld: Rolex

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Kitchencare is producent van keukenapparatuur, zowel voor inbouw als losstaand. Kitchencare is onderdeel van Philips en richt zich uitsluitend op de bovenkant van de markt. Kitchencare voert een consistent marketingbeleid op het gebied van productontwikkeling, prijsstelling, distributie en marketing. Welke marketingstrategie hanteert Kitchencare?
A
geconcentreerde marketing
B
gedifferentieerde marketing
C
ongedifferentieerde marketing
D
gecontroleerde marketing

Slide 32 - Quizvraag

Organisaties waarbij de focus ligt op customer intimacy blinken uit in relatiemanagement en uitstekende dienstverlening.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 33 - Quizvraag

Wanneer een organisatie haar marketingbeleid afstemt op de totale markt zonder onderscheid te maken tussen segmenten is er sprake van gedifferentieerde marketing.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

H4 De marketingmix
de vier p's

Slide 36 - Tekstslide

H4 De marketingmix
PRIJS

  • penetratiepolitiek, afroompolitiek
  • psychologische prijsstelling (bijv. € 21,99 ipv € 22)
  • prijsdifferentiatie en prijsdiscriminatie

Prijselasticiteit van de vraag --> overslaan
verschillende prijzen voor hetzelfde product
kan alleen bij gescheiden markten
bijv. dag- nachtstroom, prijsverschil Ikea in NL tov Duitsland
prijsdifferentiatie waarbij bepaalde kopersgroepen worden uitgesloten of een andere prijs moeten betalen
bijv. toegangsprijzen pretpark, OV
prijs laag --> hoog
doel: groot deel van de markt veroveren
prijs hoog --> laag
doel: segmenten zoveel mogelijk laten betalen

Slide 37 - Tekstslide

H4 De marketingmix
PRODUCT

materiële en immateriële eigenschappen

A-merk (fabrikantenmerk waarvoor veel reclame wordt gemaakt)
B-merk (fabrikantenmerk waarvoor weinig reclame wordt gemaakt)
C-merk (fabrikantenmerk waarvoor geen reclame wordt gemaakt)

huismerk (detaillistenmerk; marketing gaat vanzelf dus weinig reclame)

Slide 38 - Tekstslide

H4 De marketingmix
PLAATS

Slide 39 - Tekstslide

H4 De marketingmix
PLAATS

Slide 40 - Tekstslide

H4 De marketingmix
PROMOTIE

persoonlijke communicatie - massacommunicatie
vormen:
reclame
persoonlijke verkoop 
affiliate marketing 
sponsoring
sales promotion
directe feedback is mogelijk
één zender en grote groep ontvangers
--> geen directe feedback

Slide 41 - Tekstslide


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 42 - Quizvraag


A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 43 - Quizvraag

Een industrieel bedrijf komt met een nieuw product op de markt. Door middel van een uitgebreide advertentiecampagne in enkele vakbladen probeert men de unieke eigenschappen van het product en de verkoopmogelijkheden onder de aandacht te brengen. Het grootste deel van de detaillisten is op deze vakbladen geabonneerd. Dit is een voorbeeld van
A
pullstrategie
B
pushstrategie

Slide 44 - Quizvraag

Het volgen van een afroompolitiek is het meest waarschijnlijk bij
A
tweedehands machines
B
nieuwe hightech producten
C
cosmetische producten
D
auto's

Slide 45 - Quizvraag

In navolging van Ryanair biedt ook Atlas Blue zogenaamde kale vliegreizen zonder voedsel en gratis drank aan. Op welk instrument van de marketingmix heeft deze beslissing betrekking?
A
prijs
B
product
C
plaats
D
promotie

Slide 46 - Quizvraag

Reclame maakt gebruik van massamedia om een publiek te overreden of te informeren.
A
JUIST
B
ONJUIST

Slide 47 - Quizvraag

H4 oefenen
D toets H4 blz. 67-72
Case 4.1 De grafische rekenmachine blz. 72 - 74

Slide 48 - Tekstslide