poëzie

TH1B - woensdag 11 mei







Welkom!
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

TH1B - woensdag 11 mei







Welkom!

Slide 1 - Tekstslide


Kies een fragment uit op Classroom
en lees deze. 

timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Lesprogramma
1. Lezen
2. Bespreken van de toets
     -TL
     - Havo
3. Verder werken aan de lesbrief poëzie op Classroom 
4. Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide


Aan de slag!




Poëzie: rijm en strofen
Eerst bespreken we de toets van TL. Hierna van Havo. De rest werkt in stilte verder aan de lesbrief op Classroom "lesbrief poëzie TH1". 

Inleveren vóór 13 mei 23.59 op Classroom.

Klaar?
- Lees je Classroom fragment.
- Ga aan de slag voor een ander vak. 
- GEEN telefoons.




Slide 4 - Tekstslide

Kenmerken van poëzie
  • De regels zijn niet volgeschreven; op de bladzijde is dus veel wit.
  • Soms rijmen gedichten, soms ook niet.
  • Een gedicht kan heel kort zijn, maar ook langer.
  • Soms vertelt een gedicht een verhaal, meestal gaat het over gevoelens en gedachten.
  • In een gedicht wordt de taal soms anders gebruikt, waardoor je moet nadenken over de betekenis van het gedicht.

Slide 5 - Tekstslide

Strofen
Teksten zijn verdeeld in alinea's, dat zijn stukken tekst die bij elkaar horen. Gedichten zijn vaak ook verdeeld in stukken. Deze stukken tekst noem je strofen. Tussen elke strofe zit een witregel.

Slide 6 - Tekstslide

Rijm
  • In sommige gedichten zit rijm. Je spreekt van rijm als de klanken in de delen van woorden (lettergrepen) hetzelfde zijn.  

  • Bijvoorbeeld: school en rodekool of gedichten en zwaailichten.

Slide 7 - Tekstslide

Rijmschema's 
Regel 1: Het laatste woord van deze zin/de klank noemen we A
Regel 2: Rijmt het laatste woord van deze zin op A? Dan noemen we deze ook A. Rijmt het laatste woord niet? Dan noemen de klank B
Regel 3: Rijmt het laatste woord van deze zin op A of B? Dan noemen we die A of B. Rijmt het niet? Dan gaan we verder met de volgende letter in het alfabet.
Regel 4: Op welk woord rijmt het laatste woord in de zin? A, B of C? Noem die klank ook zo.

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld 
'Ik heb hier een brief voor m'n moeder   A
Die hoog in de hemel is                                 B
Deze brief bind ik vast aan m'n vlieger   C
Tot zij hem ontvangt, zij die ik mis            B

Is en mis rijmen op elkaar, dus zij krijgen beide de letter B.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
Zoek op internet op welke rijmschema er bij de volgende soorten eindrijm hoort: 

Neem de tabel over in je schrift/in een leeg document en vul deze in.

Slide 10 - Tekstslide

Om welk soort eindrijm gaat het hier?
Want hij wilde haar wel brengen, ruim anderhalf uur
Door regen en door wind, maar liefst één hand aan het stuur
Met nog een hand op haar dijen, want zo ver mocht ie al gaan
En d'r is hier niet eens wifi, maar elk bericht komt aan

Welk rijmschema hoort hierbij?

Slide 11 - Tekstslide

Om welk soort eindrijm gaat het hier?
Het leven is niet zonder zorgen
Het leven is niet zonder pijn
Maar denk dan aan morgen
Dat die dag wel heel mooi zou kunnen zijn

Welk rijmschema hoort hierbij?

Slide 12 - Tekstslide