SW 1, H10 Evolutie Les 2: Fossielen en ouderdom

Fossielen
Thema 10 Evolutie
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Fossielen
Thema 10 Evolutie

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les
Scheppingsverhalen
Wat zegt evolutie?
Wat is evolutie?

Slide 2 - Tekstslide

Deze les

Waarom zijn fossielen belangrijk voor evolutionisten?
Hoe wordt de ouderdom van een fossiel bepaald?

Soorten veranderen, wanneer dan?
Wat is er nodig voor ontwikkeling/evolutie van een soort?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Fossielen
Fossielen komen veel voor. 
Met name van bepaalde soorten.

Alleen harde delen blijven bewaard. 

Sommige fossielen worden gidsfossielen genoemd. 


Slide 5 - Tekstslide

Fossielen
Waarom fossielen belangrijk?
  • Voorouders van huidige soorten
  • Laat ontwikkeling soorten zien (tussenvormen)
  • Geeft informatie over tijd/periode
  • Stamboom van het leven
  • Geologische tijdschaal

Slide 6 - Tekstslide

Fossielen
Problemen bij datering/fossielen:
  • aardlagen vormen niet altijd bovenop elkaar
  • aardlagen vormen soms langzaam, soms snel (bij snel: veel fossielen)
  • Problemen met datering, koolstofdatering kan bijvoorbeeld tot 60.000 jaar. 
  • relatieve datering (ouder dan...) is onnauwkeurig.

Slide 7 - Tekstslide

Evolutie
Denk eraan:
Evolutie is het geleidelijk veranderen van populaties met variatie door natuurlijke selectie.

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen

Maken 10. 1: opdr. 3, 4, 9 t/m 12.

Slide 9 - Tekstslide

Herhalen...


Begrippen: mutaties, recombinatie,
natuurlijke selectie, adaptatie, selectiedruk, fitness.

Opdracht: zoek deze begrippen op en leg uit hoe zij met evolutie te maken hebben/waarom ze belangrijk zijn voor evolutie.
Maak ondertussen opdr. 4, 7 en 8 van §2

Slide 10 - Tekstslide

Waarom zijn mutaties belangrijk voor evolutie?

Slide 11 - Open vraag

Waarom is recombinatie belangrijk voor evolutie?

Slide 12 - Open vraag

Wat is natuurlijke selectie?

Slide 13 - Open vraag

Waarom is selectiedruk belangrijk voor evolutie?

Slide 14 - Open vraag

Wat heeft fitness te maken met evolutie?

Slide 15 - Open vraag

Waarom kunnen individuen niet evolueren?

Slide 16 - Open vraag

Aanpassen
Populaties veranderen omdat ze zich aanpassen aan de omgeving:
survival of the fittest.

Hiervoor is dus variatie nodig en selectiedruk.

Geen variatie wel selectie?
Geen selectie maar wel variatie?

Slide 17 - Tekstslide

Verandering?
Als een populatie verandert (evolueert) kan er sprake zijn van evolutie: aanpassing/adaptatie.

Als populatie geissoleerd is kan nieuwe soort ontstaan.
(bijv. darwinvinken)

Een eigenschap levert voordeel op voor overleving of voortplanting.

Slide 18 - Tekstslide

Verandering?
Bijzondere vorm van natuurlijke selectie is seksuele selectie.

Interseksuele selectie: vrouwtjes selecteren mannetje op aantrekkelijke eigenschappen.

Intraseksuele selectie: mannetjes vechten onderling. De sterkste meeste kans op voorplanting.

Dit verklaart verschillend uiterlijk man - vrouw.




Slide 19 - Tekstslide

Verandering?
Als een populatie verandert (evolueert) kan er sprake zijn van evolutie: aanpassing/adaptatie.

Het kan ook toeval zijn.
Dit gebeurt bij genetic drift.

Heeft niet te maken met selectie of fitness van deze populatie. Geen evolutie, maar toeval.

Slide 20 - Tekstslide

Verandering?
Als een populatie verandert (evolueert) kan er sprake zijn van evolutie: aanpassing/adaptatie.

Het kan ook menselijke bemoeienis zijn:
kunstmatige selectie.

Heeft niet te maken met selectie of fitness van deze populatie. Geen evolutie.

Slide 21 - Tekstslide