Slavernij niet voorbij: de bittere smaak van chocola

SLAVERNIJ NIET VOORBIJ
De bittere smaak van chocola
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Burgerschapskunde+1Middelbare schoolBasisschoolmavo, havo, vwoGroep 7,8Leerjaar 1,2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Introductie

Je komt meer te weten over de trans-Atlantische slavenhandel, de oneerlijke handel vandaag de dag én je eindigt met een creatieve verwerkingsopdracht.

Instructies

Dit lesprogramma duurt 60-90 minuten en is ontwikkeld voor basisschoolleerlingen uit groep 7 & 8 en leerlingen van de onderbouw Voortgezet Onderwijs. In deze les staat het onderwerp ‘oneerlijke handel’ centraal.

De les bestaat uit drie onderdelen:  
• een introductie over de trans-Atlantische slavenhandel, 
• meer informatie over het onderwerp oneerlijke handel en hoe je dit vandaag de dag terug ziet in het dagelijks leven. 
• een afsluitende creatieve verwerkingsopdracht.   

Lees van tevoren de docentenhandleiding. Vervolgens speel je de les af via het digibord. Geef de leerlingen de inlogcode waarmee zij individueel op de vragen kunnen reageren.    

Onderdelen in deze les

SLAVERNIJ NIET VOORBIJ
De bittere smaak van chocola

Slide 1 - Tekstslide

Doen
Lezen
Bekijken

Slide 2 - Tekstslide

slavernij

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide


Reken uit hoeveel ruimte je hebt in de klas.

Slide 6 - Open vraag


Wat denk jij?

Slide 7 - Open vraag

Wat kun je wel meenemen en wat niet? 
JE KOFFER
JE DIEREN
HERINNERINGEN
RIJSTKORRELS
JE BED
JE DROMEN
JE FAMILIE
JE TAAL
JE GELOOF
JE TROMMELS
JE MUZIEK
JE GOUD
JE BOEKEN
JE KENNIS

Slide 8 - Sleepvraag

instrument
hoofddeksel
verhalen
geloof

Slide 9 - Sleepvraag

timer
5:00
suiker
iPhone
nootmuskaat
chocolade
je eigen kleding

Slide 10 - Sleepvraag

iPhone – China
nootmuskaat – Indonesië
chocola (cacao) – West-Afrika 
suiker – Brazilië
jouw kleding  – Bangladesh

Slide 11 - Tekstslide

‘Nee joh, ben je gek, ik eet geen chocolade. Als ik geld heb, dan geef ik dat uit aan eten dat mijn lichaam nodig heeft.’ 
- Desiré Kamagaté, Ivoriaanse chauffeur. 

Waar komt chocola vandaan?
‘Voor één reep chocola koop ik 7 kilo rijst of twee kippen’ 
- Konan, de vertaler 

Slide 12 - Tekstslide

‘Een vriend van mijn vader bracht me naar de cacaoplantage van een man die hij kende. Daar ging ik aan het werk. Er waren nog veel meer kinderen.’  
 

Bassirou uit Ivoorkust, 15 jaar (p. 121, 122, publicatie Tony)
Waarom werken kinderen op de cacaoplantage?

Slide 13 - Tekstslide

Welke gevaren zijn er voor kinderen op de cacaoplantage? 

Slide 14 - Woordweb


Het is niet erg dat de arbeiders op cacaoplantages nooit een chocoladereep hebben gegeten.
A
eens
B
oneens

Slide 15 - Quizvraag


Als je iets koopt, ben je niet verantwoordelijk voor de omstandigheden waarin dat product wordt gemaakt.
A
eens
B
oneens

Slide 16 - Quizvraag


Als je iets te goedkoop koopt (bv. kleding, chocola) draag je bij aan oneerlijke handel.
A
eens
B
oneens

Slide 17 - Quizvraag

Wat ga jij doen?
letten op dat ik iets koop met een Fairtrade keurmerk
meer onderzoek doen naar eerlijke handel
iets anders namelijk....
niks

Slide 18 - Poll

Opdracht: Elfje maken
Wat is een elfje? Een elfje is een gedicht van 11 woorden, verdeeld over 5 regels. De eerste regel heeft 1 woord, de tweede regel heeft 2 woorden enz. De vijfde regel heeft weer 1 woord en bevat meestal een samenvatting van het geheel.

timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Exit ticket: 3 - 2 - 1
3 Schrijf 3 dingen op die je hebt geleerd.

2 Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

1 Stel 1 vraag. 

Slide 21 - Tekstslide

We zien jullie graag
in het museum.

Slide 22 - Tekstslide