Nederlands BBL klas 1. 27 maart

Nederlands
BBL - klas 1
27 maart 2023
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands
BBL - klas 1
27 maart 2023

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Hoofdlettergebruik - quiz (5-10 min)
Lesstofplanner
Lesdoelen
Voorbereiding toets: schrijffasen, tekstsoorten, tekstdoelen
bronnen raadplegen
(Doelenchecker (5-10 min))


Slide 2 - Tekstslide

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
Stationsstraat
B
stationsstraat

Slide 3 - Quizvraag

Tussenvoegsel met of zonder hoofdletter?
A
Anna De Groot
B
Anna de Groot

Slide 4 - Quizvraag

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
goede vrijdag
B
Goede Vrijdag

Slide 5 - Quizvraag

Welke aanhef is goed
geschreven?
A
Geachte heer De Groot,
B
Geachte Heer de Groot,
C
Geachte heer de Groot,
D
geachte Heer De Groot,

Slide 6 - Quizvraag

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
kerstmis
B
Kerstmis

Slide 7 - Quizvraag

Welke zin is goed geschreven?
A
's morgens is het koud.
B
'S Morgens is het koud.
C
's Morgens is het koud.
D
'S morgens is het koud.

Slide 8 - Quizvraag

Welke is juist?
A
het Noorden van Frankrijk
B
het noorden van Frankrijk
C
het Noorden van frankrijk
D
het noorden van frankrijk

Slide 9 - Quizvraag

met hoofdletter
zonder hoofdletter
coevorden
joris
mbo
nederlands
zomer
september

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen
1. Je kent de drie schrijffasen (herhaling vorige les)
2. Je kent verschillende tekstsoorten en bijbehorende doelen (Schrijven hoofdstuk 2)

Slide 12 - Tekstslide

Opfrissen:  drie schrijffasen (2.1)
Fase 1: Voorbereiding (tekstsoort kiezen die bij jouw doel en publiek past, bronnen verzamelen, schrijfplan)

Fase 2: Schrijven (1e versie, aanvullende informatie, herschrijven)

Fase 3: Controle (taalfouten, layout, taalfouten)

Slide 13 - Tekstslide

Bronnen raadplegen (2.2)
Voor langere teksten gebruik je informatie uit bronnen
Controleer betrouwbaarheid! 
       - waar staat de brontekst? (krant, internet....)
       - wat is het doel van de brontekst? (reclame, informatief..)
       - wie is de schrijver? (deskundige?)
       - wat is de datum? (actueel genoeg?)




onderdeel van fase 1 (voorbereiding)

Slide 14 - Tekstslide

Bronnen gebruiken
Je mag geen teksten uit bronnen letterlijk overnemen > herschrijf in eigen woorden

Wat mag wel: 
Kort stuk tekst (1-3 zinnen) > citaat > tussen aanhalingstekens. Vermeld ook wie het heeft gezegd: 
"In de afgelopen zestig jaar zijn bijna alle soorten inktvissen in aantallen toegekomen." Dat is de conclusie van een Brits onderzoek volgens nu.nl. 





onderdeel van fase 1 (voorbereiding)

Slide 15 - Tekstslide

Brochure (2.3)

Klein boekje met informatie of reclame over producten of diensten. 
Doel: informeren of reclame maken

klantgericht
kort en bondig
actueel
overzichtelijk
aantrekkelijk






Slide 16 - Tekstslide

Verslag en notulen (2.4)
Verslag: nauwkeurige beschrijving van wat je hebt gezien, besproken of gedaan hebt (stageverslag)

Werkverslag: bevat alleen punten die van belang zijn voor collega's (bijvoorbeeld bij een overdracht

Notulen: een verslag van een vergadering
(soort vergadering, datum, aanwezigen, agenda, samenvatting per agendapunt, afspraken

Doel: informeren

Slide 17 - Tekstslide

Informatief artikel (2.5)
Doel: informeren

Geeft achtergrondinformatie over een onderwerp. 

- alleen feiten,  geen meningen
- lang artikel > schrijfplan
- (titel) inleiding, kern en slot
- gebruik signaalwoorden 

Slide 18 - Tekstslide

Betoog (2.6)

Doel: overtuigen 
Met een betoog wil je de lezer overtuigen van jouw mening.

- schrijfplan
- inleiding (introductie onderwerp en je standpunt)
- kern (argumenten, ondersteund met uitleg en voorbeelden > bronnen!)
- slot (belangrijkste argumenten kort samenvatten + herhaling mening)



Slide 19 - Tekstslide

Werkstuk (2.7)
Doel: informeren 

Stappen: 
1. Onderwerp bepalen
2. Hoofdvraag bedenken die je gaat beantwoorden
3. Bedenk deelonderwerpen (per hoofdstuk een deelonderwerp of enkele deelonderwerpen die bij elkaar horen > paragrafen)
4. Bronnen zoeken > schrijven in eigen woorden
5. Inhoudsopgave
6. Omslag
7. Bronvermelding
8. Overzichtelijke layout (voeg passende afbeeldingen toe)
9. Controle spel- en taalfouten

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Doornemen theorie voor de toets: 

Schrijven Hoofdstuk 2 
2.1    Schrijven in fasen (herhaling)
2.2   Bronnen gebruiken (herhaling)
2.3   Brochure 
2.4   Verslag en notulen
2.5   Informatief artikel (herhaling)
2.6   Betoog
2.7   Werkstuk (herhaling)

Slide 21 - Tekstslide

Volgende week is de laatste les voor de toets. Wat gaan we doen?
A
Herhalen theorie toets met Kahootquiz
B
Klassikaal lesstof toets herhalen (geen quiz)
C
Lezen
D
Taalspelletjes

Slide 22 - Quizvraag