Inhoud casus:
Branche
Waar werkte je? (bijv. thuiszorg, verpleeghuis, ziekenhuis of hospice)
Wat voor soort zorg wordt daar gegeven?
Voorgeschiedenis en ziekteproces
Wat had de zorgvrager (bijv. kanker, hartfalen, COPD)?
Hoe is de ziekte verlopen?
Wat is de huidige situatie van de zorgvrager?
Huidige zorgvraag
Beschrijf wat de zorgvrager nu nodig heeft op vier gebieden:
Lichamelijk: pijn, vermoeidheid, benauwdheid, eten en drinken
Psychisch: angst, verdriet, boosheid, acceptatie
Sociaal: familie, vrienden, eenzaamheid, contact
Spiritueel: levensvragen, geloof, zingeving
Jouw zorgverlening
Wat heb jij precies gedaan?
Hoe hield je rekening met de wensen en behoeften van de zorgvrager en de familie?
Mantelzorg
Wie zijn de belangrijke mensen rondom de zorgvrager?
Wat doen zij in de zorg?
Hoe ga jij met hen om of ondersteun je hen?
Samenwerking met andere zorgverleners
Met wie werk je samen? (bijv. arts, verpleegkundige, geestelijk verzorger)
Hoe overleg je met hen en stem je de zorg af?