week van het geld

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

         









         De week van het geld.
Hoe ga jij met geld om?
Wie verdient er geld 
Wat doe je ermee?
Geef je het uit of spaar je?



                                  Vandaag begint:

                               De week van het geld


- Wie verdient er geld?
- Waarmee verdien je geld?
- Waar geef je jouw geld aan uit?
- Spaar jij? En hoe spaar je?
We bespreken vandaag hoe je met geld omgaat.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link


Laat jij je weleens door iemand verleiden om iets te kopen?
A
ja, door mijn vriend(en)
B
ja, door bekende Nederlanders / artiesten / vloggers
C
ja, door mijn vriend(en) en/of door mijn ouders
D
nee, nooit

Slide 4 - Quizvraag


Wat geldt voor jou?
A
Ik koop alles zo goedkoop mogelijk.
B
Ik betaal liever iets meer voor betere kwaliteit of een bekend merk

Slide 5 - Quizvraag

0

Slide 6 - Video

Wat is budgetteren?
A
een begroting maken
B
een plan maken
C
geld sparen
D
geld uitgeven

Slide 7 - Quizvraag

Welke dingen zijn belangrijk voor mij?

Reizen
Werken
Liefde
Gamen
Telefoon
Veel geld
Huis
Opleiding
Familie
Huisdieren
Vrienden
Sport

Slide 8 - Sleepvraag


Wat is goedkoper?
A
telefoonabonnement voor 1 jaar
B
telefoonabonnement voor 2 jaar

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent het woord
'brakka'?
A
brak zijn
B
braken / overgeven
C
geen geld hebben / rood staan
D
broek

Slide 10 - Quizvraag

Wat is in termijnen betalen?
A
geld in 1x overmaken
B
geld in periodes terugbetalen
C
geld lenen
D
geld niet terugbetalen

Slide 11 - Quizvraag

Wat kun je in termijnen betalen?
A
Zorgverzekering
B
Boodschappen bij de supermarkt
C
een paar schoenen
D
kapper

Slide 12 - Quizvraag

Wat is vreemd geld?
A
Geld dat niet van jou is.
B
Buitenlands geld.
C
Geld dat je uitgeeft
D
Geld schulden

Slide 13 - Quizvraag

Hoe heet de beloning voor sparen bij een bank?
A
rente
B
gift
C
boete
D
opname

Slide 14 - Quizvraag

Mijnheer de Wit heeft op de bank 10.016 euro. Hij koopt een cadeautje voor 9 euro. Hoeveel geld heeft hij dan nog over?
A
1.007 euro
B
1.019 euro
C
10.007 euro
D
10.015 euro

Slide 15 - Quizvraag

Hoe heette het geld in Nederland voor de Euro (€)?
A
Franc
B
Lire
C
Gulden
D
Mark

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel geld is dit samen?
200 + 20 + 2 =
A
222
B
242
C
200202
D
2022

Slide 17 - Quizvraag

Ellen spaart munten. Ze heeft 16 munten van 1 euro, en 32 munten van 2 euro. Hoeveel geld heeft zij?
A
€64
B
€80
C
€3
D
€76

Slide 18 - Quizvraag

Wat moet je doen zodra je geld gaat verdienen?

- Open een rekening bij een bank, deze mag je zelf uitkiezen. 
- Open een lopende rekening en een spaarrekening
- Houd altijd een beetje geld over om te sparen voor       onverwachte kosten of aanschaf van iets nieuws
- Je kunt nooit te vroeg beginnen met sparen
                                     Begin nu!!!!!
 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide