Humor in teksten

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdvraag:
Is de ik-figuur verliefd? Zoek tekstaanwijzingen

Slide 3 - Open vraag

Leerdoelen
  • Je weet dat in teksten ironie gebruikt wordt.
  • Je weet waarom schrijvers ironie gebruiken.
  • Je kunt ironie herkennen in teksten.

Slide 4 - Tekstslide

Humor omdat... 

Samen kunnen lachen, een band creëren.
&
Het onbespreekbare bespreekbaar maken.

Slide 5 - Tekstslide

De spot drijven -> 
belachelijk maken

- in de literatuur
- in het dagelijks leven
- in de politiek

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

3 vormen van spot, 
deze verschillen in karakter en in sterkte:

ironie
cynisme
sarcasme

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Verbale ironie
De schrijver zegt iets op een grappige of een wat spottende manier, waardoor de lezer weet dat het niet serieus bedoeld is. Vaak zegt hij dan het tegenovergestelde van wat hij eigenlijk bedoelt. 
– "Geweldig hoor, die drie voor je toets!"
– "Fijn, al die moddersporen op de schone vloer!"

Zelf gebruik je vast ook weleens ironie. Als je wilt dat de ander weet dat je het niet serieus bedoelt, zet je er vaak een emoticon achter.

Slide 10 - Tekstslide

Terug naar de clip:
Waarom gebruikt deze ik-figuur ironie?

Slide 11 - Open vraag

Situationele ironie
Een effect hebben dat tegenovergesteld is aan de bedoeling. Deze vorm pik je in de regel gemakkelijk op, hij werkt altijd, zelfs als je het mechanisme niet doorhebt.
De 99 luftballons (leuk) die een oorlog (niet leuk) starten.


Slide 12 - Tekstslide

Protestnummer
'99 Luftballons' klinkt heel onschuldig, maar is eigenlijk een protestnummer dat werd geschreven naar aanleiding van de laatste fase van de Koude Oorlog. Het idee van het nummer ontstond tijdens een optreden van The Rolling Stones in West-Berlijn, toen Carlo Karges, gitarist bij Nena, zag hoe grote ballonnen werden opgelaten. Hij keek ernaar en vroeg zich af wat er zou gebeuren als die ballonnen Oost-Berlijn zouden binnendrijven...

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

Maak je zelf wel eens ironische opmerkingen? Begrijpt iedereen die?

Slide 16 - Open vraag

Het ironieteken (een soort uitroepteken) wordt in onze taal nauwelijks gebruikt. Voegt zo’n teken iets toe in geschreven taal?

Slide 17 - Open vraag

Sarcasme
Sarcasme is een stijlfiguur dat heel dicht bij ironie ligt.
Er is een verschil tussen sarcasme en ironie. Sarcasme is harde, bijtende spot, bedoeld om te kwetsen en ironie is milde spot.
Wie het heeft over een sarcastische uitlating, spreekt in de eerste plaats over een uiting van grove, bijtende spot, van bitter woordgeweld, van agressie. Het effect van sarcasme is intenser en directer dan dat van ironie.

Slide 18 - Tekstslide

Cynisme
Wrede, bittere spot; zwartgallig
– "Ach, een hond is tenminste goedkoper dan een kind."

Cynisme komt vaak voort uit een (pijnlijk...) ongeloof in het goede van de mens, of uit een gevoel van machteloosheid vermengd met woede.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Sarcasme
Harde, bijtende spot die veel verder gaat dan ironie.

Slide 21 - Tekstslide

Verschil ironie en sarcasme

Ironie: pijnlijke humor, die niet kwetsend bedoeld is.

Sarcasme: pijnlijke humor, die juist wél kwetsend bedoeld is!


Geen duidelijke grens te trekken tussen ironie en sarcasme.
Ook is dit vaak persoonlijk, maar het gaat om
de bedoeling van de spreker!

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht: 
Lees de twee teksten over het stikstofprobleem
Beantwoord hierna de volgende drie vragen (wisselende tweetallen, antwoorden in het schrift van een ander).

Wat is het eerste woord waaraan je merkt dat de schrijver iets bijzonders van plan is met zijn stijl?

Welke sneer krijgt minister Schultz van Haegen?

Waarom weet je zeker dat dit stukje ironisch bedoeld is? 

Slide 23 - Tekstslide

Ingezonden reactie
Wat is het eerste woord waaraan je merkt dat de schrijver iets bijzonders van plan is met zijn stijl?  "probleempjes", pejoratief: let op!

Welke sneer krijgt minister Schultz van Haegen? Niks anders voor elkaar gekregen dan het verhogen van de maximumsnelheid.

Waarom weet je zeker dat dit stukje ironisch bedoeld is? De enorme overdrijving/zeer kromme vergelijking in de laatste zin

Slide 24 - Tekstslide