EBP

EBP
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

EBP

Slide 1 - Tekstslide

Een concurrent is een voorbeeld op welk niveau?
A
Micro
B
Macro
C
Meso
D
Peso

Slide 2 - Quizvraag

Demografische factoren kan jij als bedrijf beheersen

A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Wat is een substituut?
A
Een vervangbaar goed
B
Een herhalingsaankoop
C
Een individueel goed
D
Een collectief goed

Slide 4 - Quizvraag

Is de volgende doelstelling goed geformuleerd?
'Voor het einde van het jaar willen wij 5% meer afzet van product A'.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

De brandweer hoort in welke sector?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 6 - Quizvraag

Het uit jezelf extra informatie over je favoriete vak (EBP?) opzoeken is een voorbeeld van
A
Intrinsieke motivatie
B
Extrinsieke motivatie

Slide 7 - Quizvraag

Welke P hoort hier niet bij?


A
Plaats
B
Positie
C
Prijs
D
Promotie

Slide 8 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met een markt segmenteren?
A
Onderzoek doen naar de markt
B
Het richten op één gedeelte van de markt (niche)
C
Het verdelen van de afnemers in doelgroepen

Slide 9 - Quizvraag

Een doelgroep representeert een homogene groep afnemers
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen segmentatiecriteria?


A
Plaats
B
Gedrag
C
Educatie
D
De markt

Slide 11 - Quizvraag

Voor 'SEO' oftwel Search Engine Optimalisation moet je als bedrijf betalen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Een open interview is een voorbeeld van een kwantitatief onderzoek
A
Waar
B
`Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Kies de beste omschrijving van marketing
A
Een product zo goed mogelijk verkopen
B
Het inspelen op de behoefte van de klant
C
Uitvoeren van customer solutions, communicatie, convenience en cost to consumer
D
De marketingmix zo goed mogelijk aan de man te brengen

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer je naast een product ook een ander bijbehorend product wil verkopen is een voorbeeld van
A
Deepselling
B
Crosselling
C
Upselling
D
Downselling

Slide 15 - Quizvraag

Articulatie is een voorbeeld van non-verbale communicatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noem je iemand die interesse toont in jou product/dienst?

A
Suspect
B
Prospect
C
Lead
D
Costumer

Slide 17 - Quizvraag

NU?
Opdrachten van hoofdstuk 5
5 t/m 10

Slide 18 - Tekstslide