week 24

Welcome

Week 24

Toetsweekstof

• Toetsstof:
• Woorden hoofdstuk 6, alles Nederlands - Engels en Engels - Nederlands
  
• Alle onregelmatige werkwoorden.
  
• Grammatica van het hele jaar. 
• Verder ook leesteksten in de toets. 

Toetsweekstof

Checking Homework

M: p. 164 - 168 OPDR 7, 8b en 9

p. 169-171 OPDR 12 en 13

Check stof toetsweek om vragen te stellen!

 

L: p. 146-147 themewords

Werkwoorden p. 204-205

Homework

Future tense

Leerdoelen: I can talk about plans for the future

Future: am going to

Hoe maak je deze tijd:

Stap 1: am/is/are
Stap 2: going to

Stap 3: hele werkwoord zonder 'to'

I am

You are

He/she/it is

We are

You are

They are

Leerdoelen: I can talk about plans for the future

The future

• Future going to
• am - are - is + going to + hele ww 
• I am going to run tonight. 

Leerdoelen: I can talk about plans for the future

 Possessive: 's / ' / of

Als de eigenaar een persoon, dier, land of organisatie is dan plak je 's erachter

Bijv. That is Thomas's bike.

The dog's bowl is green.

Sydney is not Australia's capital.

She often visits the club's website.

Je plakt ook een 's eraan bij de woorden night, day, month, year.

Bijv. today's newspaper, next month's tournament.

Possessive

 Possessive: 's / ' / of

Je plakt ' eraan als het een meervoud is die op -s eindigt. 

Bijv. Those elephants' feet are big. (meerdere olifanten)

That elephant's feet are big.(één olifant)

The girls' computer isn't working. (meerdere meisjes)

That girl's computer isn't working. (één meisjes)

Possessive

 Possessive: 's / ' / of

Je gebruikt of als de eigenaar geen persoon, dier, land of organisatie is. In het Nederlands vertalen we dit vaak met van.

Bijv. The name of the ship is Triton.

It's on the corner of the street.

I love the smell of roses. 

Possessive

Make a possesive:
The ___________(neighbours) cat.

Make a possesive:
My ________ (mother) coat.

Fill in the right possesive pronoun:
This is my book. The book is ......

Type the possesive pronoun.
The boys are working on ....... (hun) homework.

Type the possesive pronoun.
That is ........... (mijn) phone!

Type the possesive pronoun.
Is this book ... (van jou)?