Prinsjesdag

Prinsjesdag
juf Angie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieSpeciaal OnderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Prinsjesdag
juf Angie

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je al over Prinsjesdag?

Slide 2 - Woordweb

Start van het politieke jaar

Prinsjesdag is een belangrijke dag in de politiek. De 3e dinsdag in september is de start van het politieke jaar. Op deze dag worden alle plannen van de regering voor het komende jaar verteld. 

Ze gaan over het milieu, het onderwijs, 
criminaliteit, gezondheidszorg en 
andere dingen die in Nederland geregeld 
moeten worden. Al deze plannen staan in 
de troonrede.

Slide 3 - Tekstslide

Troonrede

De koning komt in de Glazen Koets naar het Binnenhof. Als hij daar is aangekomen, gaat hij de Ridderzaal binnen. Vanaf zijn troon leest hij de troonrede voor aan de leden van de Eerste Kamer en de Tweede Kamer: de Staten-Generaal. Er zijn ook ministers, staatssecretarissen en andere gasten aanwezig. Het is dus een bijzondere gebeurtenis.

De mensen die naar de troonrede komen luisteren zijn allemaal feestelijk 
gekleed. Vooral de vrouwen maken er een sport van om een zo mooi 
mogelijke hoed op te zetten.


Als de koning klaar is met het voorlezen van de troonrede, roept de Voorzitter van de vergadering: 'Leve de koning!' Alle mensen in de Ridderzaal roepen daarna: 'Hoera! Hoera! Hoera!' Daarna gaan de koning en zijn familie terug naar het paleis Noordeinde.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

En nu de vragen...

Slide 6 - Tekstslide

Wie schrijft de troonrede?
A
de koning
B
de minister-president

Slide 7 - Quizvraag

Waarom denk je dat het 'de troonrede' heet?

Slide 8 - Open vraag

Kijk goed naar dit plaatje...

Slide 9 - Tekstslide

Hoe heet dit gebouw?
A
Eerste Kamer
B
Tweede Kamer
C
Ridderzaal

Slide 10 - Quizvraag

Staten-Generaal

De koning begint de troonrede altijd met de woorden: 'Leden van de Staten-Generaal'. Wie bedoelt hij dan?
De Staten-Generaal zijn de Eerste Kamer en de Tweede Kamer samen. Ze worden gekozen door Nederlanders vanaf achttien jaar en ze vertegenwoordigen het volk.

Ministers mogen hun plannen alleen uitvoeren als de Tweede Kamer én de Eerste Kamer het eens zijn met die plannen. De Eerste en Tweede Kamer controleren ook of de regering de plannen wel goed uitvoert. De Eerste Kamer en Tweede Kamer worden ook wel de volksvertegenwoordiging genoemd.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Ministers

De ministers mogen dus de plannen voor Nederland maken. Als de Tweede Kamer en de Eerste Kamer de plannen goedvinden, moeten de ministers de plannen ook uitvoeren.

Iedere minister heeft een eigen vakgebied. Zo is er een minister van Financiën, een minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, een minister van Buitenlandse Zaken, enzovoorts. Als alle ministers samen vergaderen, is de minister-president de voorzitter. Ook is hij minister van Algemene zaken.

De ministers vormen samen de regering, samen met de Koning.

Slide 13 - Tekstslide

Hoeveel ministers ken je?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Link

Einde.
Bedankt voor je inzet!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide