Bestuursrechtelijke handhaving

Bestuursrechtelijke handhaving
Testen van voorkennis
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Bestuursrechtelijke handhavingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Bestuursrechtelijke handhaving
Testen van voorkennis

Slide 1 - Tekstslide

In welke wetboeken kunnen we 'opsporingsbevoegdheden' vinden?
A
Wetboek van Strafrecht en enkele bijzondere wetten
B
Wetboek van Strafvordering en Wet op de economische delicten
C
Algemene Wet Bestuursrecht en enkele bijzondere wetten

Slide 2 - Quizvraag

In welke wetboeken kunnen we 'toezichtbevoegdheden' vinden?
A
Wetboek van Strafrecht en Wetboek van Strafvordering
B
Grondwet
C
Algemene Wet Bestuursrecht en enkele bijzondere wetten
D
Algemene Plaatselijke Verordening

Slide 3 - Quizvraag

Wat heeft een opsporingsambtenaar minimaal nodig om opsporingsbevoegdheden te mogen inzetten?
A
Minimaal een redelijk vermoeden dat er een strafbaar feit gepleegd is
B
Een ontdekking van een strafbaar feit op heterdaad
C
Hij mag altijd bevoegdheden inzetten als dit nodig is voor zijn taak

Slide 4 - Quizvraag

Een toezichthouder voor de Alcoholwet wil een casino controleren. Bij de ingang wordt de toegang door de portier geweigerd. Wat nu?
A
De toezichthouder zal een andere keer terug moeten komen
B
De toezichthouder moet een machtiging tot binnentreden vragen aan de Officier van Justitie
C
De portier maakt zich schuldig aan een misdrijf (184 WvSr) als hij de toezichthouder niet binnenlaat

Slide 5 - Quizvraag

Een toezichthouder wil de persoonsgegevens noteren van een betrokkene. Is de betrokkene verplicht zijn/haar naam te geven?
A
JA
B
NEE

Slide 6 - Quizvraag

Stichting Kika is een ...
A
Natuurlijke persoon
B
Rechtspersoon

Slide 7 - Quizvraag

In welke gevallen spreken we van een 'punitieve sanctie'?
A
bestuurlijke boete
B
last onder bestuursdwang
C
last onder dwangsom

Slide 8 - Quizvraag

Een toezichthouder hoort een overtreder over diens aandeel in de overtreding. Wat moet de toezichthouder voorafgaand aan dit verhoor meedelen?
A
Cautie en rechtsbijstand
B
Cautie
C
rechtsbijstand
D
Niets. De overtreder moet antwoord geven

Slide 9 - Quizvraag

Een ieder moet meewerken als een toezichthouder dit vraagt en dit voor zijn taak nodig is. Voor wie geldt dit niet?
A
Geestelijken (vertrouwenspersonen)
B
Artsen
C
Advocaten
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 10 - Quizvraag