Workshop dyslexie

Workshop dyslexie door Denise Hoefnagels (dyslexie coach)
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Workshop dyslexie door Denise Hoefnagels (dyslexie coach)

Slide 1 - Tekstslide

Waarom zit je bij deze workshop?

Slide 2 - Open vraag

Wat gaan we doen
  • Wat is dyslexie?
  • Kenmerken van dyslexie
  • Ondersteuningsniveau binnen de school
  • Waar heeft een leerling recht op?
  • Hoe kan je een leerling helpen met dyslexie? 

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je over
dyslexie ?

Slide 4 - Woordweb

Wat is dyslexie?

Dyslexie is een hardnekkige stoornis bij het lezen en spellen (van der Leij, 2016). Het SDN (2008) formuleert de definitie van dyslexie als volgt: dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau (Stichting dyslexie Nederland, 2008). 

Slide 5 - Tekstslide

Dyslexie is...
timer
0:30
A
stoornis waarbij je moeite hebt met lezen en schrijven
B
stoornis waarbij je moeite hebt met lezen, schrijven en spellen
C
aandoening waarbij je niet goed kan lezen
D
aandoening waarbij je niet goed kan voorlezen, schrijven en spellen

Slide 6 - Quizvraag

Dyslexie is...
timer
0:30
A
een hardnekkig probleem
B
kan overgaan
C
is gemakkelijk oplosbaar
D
is geen probleem

Slide 7 - Quizvraag

Dyslexie is...
timer
0:30
A
Bij 5% tot 10% gediagnosticeerd
B
Bij 3% tot 5% gediagnosticeerd
C
Bij 10% tot 12% gediagnosticeerd
D
Bij 1% tot 3% gediagnosticeerd

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

2 kern problemen bij dyslexie
1. Een automatiseringsprobleem

2. Een probleem met het auditief verwerken van spraakklanken (fonologische verwerking)

Combinatie van deze 2 problemen maakt het moeilijk om taken uit te voeren

Slide 10 - Tekstslide

Automatiseringsprobleem
2 dingen tegelijk doen lukt vaak niet
 Bijvoorbeeld lezen en schrijven tegelijk

Andere voorbeelden :
  • klank-teken koppeling (letters herkennen en letters schrijven)
  • Directe woordherkenning (technisch lezen)
  • Het onthouden van woordbeelden (spelling)
  • Het leren van splitsingen en tafels (rekenen)


Slide 11 - Tekstslide

Een probleem met het auditief verwerken van spraakklanken (fonologische verwerking)
  • De verwerking van spraakklanken in de hersenen verloopt niet optimaal.
 Hoort geen verschil in klanken. (heus/huis, schuur/scheur, hoor/hor, veel/vil).

  • Moeite met het uiteenrafelen van een woord tot klanken of klankgroepen bij het spellen. Herfst = h-e-r-f-s-t, fietsenmaker = fiet-sen-ma-ker)

  • Het letterlijk en in de juiste volgorde onthouden van klanken, woorden of zinnen geeft vaak een probleem. Dorp wordt bijvoorbeeld drop.



Slide 12 - Tekstslide

Dagelijkse onderdelen tijdens lessituaties waarbij deze problemen zich voordoen
  • Het schrijven van een dictee
    Onthouden, uiteenrafelen, spellingsregels en netjes schrijven
  • Aantekeningen overschrijven van het bord
    Tekst lezen, begrijpen en op papier zetten
  • Hardop voorlezen
    Ontcijferen, letten op uitspraak en intonatie en begrijpen wat hij zegt
  • Het lezen van ondertiteling bij een film
    Snel tempo lezen van de teksten en daarbij de beelden begrijpen




Slide 13 - Tekstslide

Andere veel voorkomende problemen
  • Woordvindingsproblemen
  • Woorden verkeerd uitspreken, verhaspelen
  • Problemen met het onthouden van betekenisloze informatie
  • Het leren van vreemde talen
  • Moeite met structuur aanbrengen
  • Problemen met werken in een rumoerige ruimte

Slide 14 - Tekstslide

Dyslexie
Kijk mee via het digibord 
en probeer de vragen te beantwoorden

Slide 15 - Tekstslide

Waar zijn dyslecten goed in
  • Visuele vaardigheden
Goed in het waarnemen van dingen in hun omgeving
Zijn vaak beelddenkers
  • Visueel-analytische vaardigheden
Zien vaak snel hoe iets is opgebouwd en kunnen dit makkelijk opsplitsen
  • Ruimtelijke vaardigheden
Denken vaak driedimensionaal
Dit is ook de reden dat letters worden omgedraaid. Bijvoorbeeld  b en de d.



Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Dyslexie coach
  • Brugklasleerlingen  minimaal 2x per jaar gesprek
  • Uitleg faciliteiten
  • Kurzweil instaleren en uitleg
  • 2e gesprek hoe gaat het?
  • Overige leerlingen op aanvraag
  • Aanspreekpunt voor ouders en docenten
  • Geen screening en RT

Slide 18 - Tekstslide

Dyslexie & de wet op passend onderwijs
  • Iedere school eigen dyslexiebeleid
  • wettelijke regelingen t.a.v. dyslexie schoolexamen:
  • -> meer tijd
  • -> gesproken examens
  • -> gebruik van een laptop
  • -> gebruik van spellingscontrole

Slide 19 - Tekstslide

Casus
Je hebt een leerling met dyslexie in de klas.
Heeft slechte ervaringen van de basisschool. Voelt zich dom en het leren heeft daarom toch geen zin.
Dyslexie is vastgesteld.
Motivatie en werktempo is laag. Heeft weinig succeservaringen en daardoor geen plezier in school.

Opdracht
1. Hoe zou je deze leerling (kunnen) helpen?

2. Heb je een beeld van het dyslexiebeleid bij jullie op school? Kan je hier wat over vertellen?

3. Ben je tijdens de lessen hier specifiek/ bewust mee bezig? Wat doe je dan bijvoorbeeld?
 
- Bespreek dit in groepjes van 4-5.
ong. 5 min

Slide 20 - Tekstslide

Hoe maak je jouw les dyslexieproof?

Tijdens de lessen zijn leraren zich bewust van het volgende:

  • Ze praten kort
  • Ze geven korte, heldere instructie
  • ze visualiseren hetgeen ze vertellen
  • zetten leerlingen in actie en controleren wat ze doen





Slide 21 - Tekstslide

Tips
  • Overhoorpogramma's, zoals StuyGo, Quizlet en BLOON.
  • Aandacht te besteden aan de morfologische opbouw van een woord. Denk bijvoorbeeld aan, -able in het Engels, - lich in het Duits en –ais in het Frans.
  •  Klank-spellingschrift.
  • Overzicht maken van woorden met dezelfde klank, zo kunnen leerlingen de uitspraak beter onthouden.

Slide 22 - Tekstslide

Nog meer tips
  • Om verwarring te voorkomen is goede afstemming met de Nederlands docent belangrijk. Taalkundige begrippen die de leerlingen bij Nederlands leren, komen met dezelfde naam terug bij de moderne vreemde taal. Gebruik bijvoorbeeld dezelfde kleurtjes.
  •  Het leren van woordjes; Maak gebruik van gebaren, het visualiseren en het categoriseren.

Slide 23 - Tekstslide

brief aan mijn leraar

Slide 24 - Tekstslide

Doel 
Leerlingen met dyslexie mogen niet belemmerd worden in de manier van toetsen en het volgen van onderwijs. Leerlingen hebben namelijk genoeg capaciteiten. We zullen dus soms creatief moeten zijn.



Wat neem jij mee in je volgende les?

Slide 25 - Tekstslide

Wat heb je geleerd, wat neem je mee en waar had je graag nog meer over willen weten?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide