Middeleeuwen H5

Middeleeuwen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Middeleeuwen

Slide 1 - Tekstslide

Hoe komen de middeleeuwen aan hun naam?

Slide 2 - Open vraag

Klassieke oudheid
- 500
Renaissance

1500 - 1700
Middeleeuwen

500 - 1500
Wedergeboorte
schoonheidsidealen klassieke oudheid
Middeleeuwen

Slide 3 - Tekstslide

Feodale stelsel
(leenstelsel)
Een middeleeuws rijk was geen centraal geregeerde staat maar verzameling min of meer onafhankelijke staatjes.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De standenmaatschappij

Slide 6 - Woordweb

De samenleving was een standenmaatschappij!

Slide 7 - Tekstslide

middeleeuwen

theocentrisme: god(sdienst) stond in het centrum van de belangstelling


memento mori: gedenk te sterven

Slide 8 - Tekstslide

Leenman - leenheer is
A
hofstelsel
B
standenmaatschappij
C
horigheid
D
feodale stelsel

Slide 9 - Quizvraag

Literatuur in de ME
  • 1170 - 1500
Voor 1170: teksten werden mondeling doorgegeven door rondtrekkende troubadours.
Na 1170: teksten werden opgeschreven (met de hand!). Tijdrovend karwei. Veelal anoniem.

Vanaf 1450 boekdrukkunst

Slide 10 - Tekstslide

Karel ende Elegast
Ende: middeleeuws woord voor 'en'.
Karel en Elegast

En dus niet: Karel ging met de Elegast mee.

Slide 11 - Tekstslide

Literatuur voor de geestelijkheid
Verhalen over mensen die een ernstige misstap hadden begaan
Voorbeeld voor gelovigen

Literatuur voor de adel
  • Belangstelling voor heldendaden voorouders
  • Ridderromans 
  • Op rijm gezet 
  • Karel de Grote is belangrijke figuur 
  • Karel ende Elegast
Literatuur van de burgerij
  • Burgerij meet zich graag met de adel.
  • Kennis maakt macht, dus leerzame boeken. 
  • Ridderwereld is verre van ideaal. Voorbeeld: Reinaert de Vos:
  • Vos Reinaert weet aan de doodstraf te ontkomen door de koning en zijn hofhouding een gestolen schat op de mouw te spelden. Hij is de koning te slim af.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

We lezen samen Karel ende Elegast
Houd je laptop bij de hand voor het beantwoorden van vragen

Slide 14 - Tekstslide

Welke getallensymboliek komt aan het begin van Karel ende Elegast terug?

Slide 15 - Open vraag

Waarom moet Karel gaan stelen?

Slide 16 - Open vraag

Trouw speelt een grote rol. Wie zijn er allemaal trouw en waaraan?

Slide 17 - Open vraag

Hoe staat het met de rol van de vrouw in dit verhaal?

Slide 18 - Open vraag

Welke boodschap aan de middeleeuwers heeft dit verhaal?

Slide 19 - Open vraag

Past het verhaal van Karel ende Elegast bij het feodale stelsel? (leenman/leenheer)
Noteer de letters van de twee juiste zinnen.

Het verhaal van Karel ende Elegast past hier goed bij, want:
A de trouwe Elegast doodde Eggeric in een duel om de waarheid.
B hoewel Karel hem onrechtvaardig had behandeld, was Elegast hem trouw gebleven.
C op een nacht droomde Karel de Grote dat God hem opdroeg te gaan stelen.
D ze besloten de kwaadaardige Eggeric te bestelen.
A
A, B
B
A, C
C
B, C
D
B, D

Slide 20 - Quizvraag

Waarom is het verhaal Karel ende Elegast typisch middeleeuwse literatuur?

Slide 21 - Open vraag

Karel ende Elegast

Afsluitende opdracht:


Je komt als Middeleeuwer net van het kasteel waar je een uitvoering van het verhaal van Karel ende Elegast hebt gezien.  Je gaat naar huis en

schrijft een recensie over dit verhaal van max. 600 woorden Arial lettergrootte 12. Je vertelt hierin wat je hebt gezien en geleerd van het verhaal. Je beschrijft ook wat je er van vond.

Lever in classroom.google.com 

Slide 22 - Tekstslide