H4 Periodiek systeem 1

Welkom H3A
H3B
op je tafel:

stencil Atoombouw
schrift + pen
periodiek systeem

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom H3A
H3B
op je tafel:

stencil Atoombouw
schrift + pen
periodiek systeem

Slide 1 - Tekstslide

Voorkennis
  1. Namen en symbolen van de elementen (vorige boekje)
  2. Bohr: 
  •       elekronen in banen, zo dicht mogelijk bij de kern
  •       max aantal elektronen in een schil: 2, 8, 8 (voorlopig)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

PS: 
groepen en periodes


15 minuten

Slide 4 - Tekstslide

Doelen van deze les:
  1. Je weet waarin de groepen aan de zijkant van het PS overeenkomen
  2. Je weet waarin de periodes overeenkomen








Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Buitenste elektronen belangrijk
Bij een reactie verandert er iets aan de buitenkant van atomen.
Het is heel belangrijk om te weten hoeveel elektronen er aan de buitenkant van een atoom zitten (de buitenste schil dus). 

Slide 7 - Tekstslide

 Groepen zijkant (1, 2, 13-18)
Zelfde aantal elektronen
in de buitenste schil
vb:
Li    2,1               F 2,7
Na  2,8,1           Cl 2,8,7
K     2,8,8,1       Br ....7

Slide 8 - Tekstslide

Overeenkomstig gedrag
Elementen in dezelfde
groep reageren dus 
op dezelfde manier
met dezelfde stoffen.

Slide 9 - Tekstslide

Overeenkomstig gedrag
Elementen in dezelfde
'zijkant'groep hebben 
een familienaam.
Groep    1: alkalimetalen
Groep 17: halogenen
Groep 18: edelgassen

Slide 10 - Tekstslide

Periodes
Elementen in dezelfde
periode (horizontaal)
hebben hetzelfde 
aantal schillen.

Slide 11 - Tekstslide

Periodes
Nummers 57 -71  (lanthaniden) passen niet mooi in het overzicht. Daarom staan ze altijd onder het PS, ook al hebben ze 6 schillen.
Hetzelfde geldt voor 89-103 (actiniden) met 7 schillen.
.

Slide 12 - Tekstslide

Hoeveel elektronenbanen heeft een joodatoom?
A
5
B
17
C
53
D
128

Slide 13 - Quizvraag

Hoeveel elektronenbanen heeft een chroom-atoom
A
6
B
4
C
24
D
52

Slide 14 - Quizvraag

Magnesium en calcium hebben allebei
A
evenveel elektronenbanen
B
evenveel elektronen
C
evenveel elektronen in de buitenste schil
D
evenveel neutronen

Slide 15 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Helium en neon zijn edelgassen
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Helium en neon hebben hetzelfde aantal elektronen in de buitenste schil
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Helium en neon hebben een volle buitenste schil
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Helium en neon staan in dezelfde periode
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Helium en neon kunnen met zuurstof reageren
A
waar
B
niet waar
C
alleen als het heel heet is
D
dat kan je niet weten

Slide 20 - Quizvraag