Les 9: Vogels

• Biologie
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 1

Les 9: Vogels

Les planning

Lesdoelen bespreken

Lesdoelen vorige lessen herhalen

Theorie

Korte quiz

Zelfstandig werken

Einde les

Les doelen

Je kunt aan het einde van deze les de aanpassing van vogels benoemen en waarom dit zo is aangepast.

In welk deel van de plant maakt een plant zijn eigen voedsel?

Vissen zijn gestroomlijnd, hierdoor kunnen ze beter door het water zwemmen.

1. Juist
2. Onjuist

Landplanten in een droge omgeving hebben

1. Grote platte bladeren
2. kleine dikke bladeren

Landplanten in een natte omgeving hebben

1. Veel wortels
2. Weinig wortels

Welke twee aanpassingen hebben te maken met het voedsel dat de dieren eten?

1. De haren o de huid van de eekhoorn
2. Lange dunne tong van de miereneter.
3. De lange staart van de miereneter
4. De scherpe tanden van de eekhoorn

Een braamstruik beschermt zijn bramen tegen dieren en mensen met

1. Brandharen
2. Bladeren
3. Doorns

Een brandnetel beschermt zichzelf met

1. Brandharen
2. Bladeren
3. Doorns

Planten maken zuurstof.

Wordt alle zuurstof gebruikt door mensen en dieren?

Welk organisme maakt zijn eigen voedsel?

1. Aardbei
2. Mens
3. Koe
4. Bij

Planten geven ........ af aan de omgeving

1. Zuurstof
2. Koolstofdioxide

Welke poot is geschikt voor te zwemmen?

Welke poot is geschikt voor hard lopen?

Welke poten is geschikt om vast te klemmen aan takken?

Zelfstandig werken

Blz. 60 t/m 64

Snap je het niet, steek je vinger op.

Ben je klaar? Laat je werk zien aan de docent.

Voorruitblik

De volgende les gaat over organen en cellen.