Hoofdstuk 3 paragraaf 1 les 1

De Eerste Wereldoorlog
WIE TEGEN WIE?
  • Hoe begon de oorlog?
  • Welke landen stonden tegenover elkaar? 
  • Wie waren de geallieerden?
  • Wie waren de centralen?
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

De Eerste Wereldoorlog
WIE TEGEN WIE?
  • Hoe begon de oorlog?
  • Welke landen stonden tegenover elkaar? 
  • Wie waren de geallieerden?
  • Wie waren de centralen?

Slide 1 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog
WIE TEGEN WIE?
  • Hoe begon de oorlog?
  • Welke landen stonden tegenover elkaar? 
  • Wie waren de geallieerden?
  • Wie waren de centralen?

Slide 2 - Tekstslide

We zijn beland in de tijd van Wereldoorlogen (1900-1950)
Nu
Jaar 0
1000
1500
1900
1700
1600
1800

Slide 3 - Tekstslide

Wat Hebben jullie geleerd over de Eerste Wereldoorlog?

Slide 4 - Woordweb

  • Juni 1914
  • Moord op de Oostenrijks-Hongaarse troonopvolger Franz Ferdinand van het land Oostenrijk-Hongarije (directe oorzaak=aanleiding)
  • Startsein van de oorlog

Slide 5 - Tekstslide

Frans Ferdinand
Vermoord in Sarajevo

Slide 6 - Tekstslide

Oorzaken Eerste Wereldoorlog
  • Nationalisme: mensen vonden de liefde voor eigen volk erg belangrijk en hadden hekel aan andere volken/landen. 

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaken Eerste Wereldoorlog
  • Militairisme: mensen vonden het leger heel goed en belangrijk, mocht vechten tegen andere landen als men dat nodig vond. 

Slide 8 - Tekstslide

Oorzaken Eerste Wereldoorlog
  • Landen wilden door nationalisme en militairisme de sterkste en meeste wapens hebben=WAPENWEDLOOP 

Door de wapenwedloop liepen de spanningen tussen landen op. Groter risico op oorlog!!!

Slide 9 - Tekstslide

Er zijn 2 groepen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Centralen en geallieerden:
  • Duitsland
  • Oostenrijk-Hongarije
  • Italië


  • Verenigd Koninkrijk
  • Frankrijk 
  • Rusland

Slide 12 - Tekstslide

Het eerste jaar van de oorlog hoorde Italië bij Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. Maar in 1915 wisselde ze van kant.
Oostenrijk en Hongarije zijn nu twee losse landen, maar in 1914 was het één groot en machtig rijk. 
Het Duitse rijk was groot, machtig én had een gigantisch leger klaar staan in 1914.
Nederland besloot neutraal te blijven. We deden niet mee met de oorlog.
Het gigantische rijk Rusland, deed tot 1917 mee aan de grote oorlog. Ze waren bevriend met Frankrijk. 
Toen Duitsland hun kleine vriend België aanviel besloot het VK Duitsland aan te vallen. 
De Frans-Duitse grens werd heel goed verdedigd. Hierdoor besloot Duitsland Frankrijk aan te vallen via België!
Allerlei landen van over de hele wereld gingen zich bemoeien. Het werd hierdoor een echte 'wereldoorlog'

Slide 13 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog zou vier jaar duren:

  • Juli 1914 - november 1918
  • Europa, Azië, Afrika, Midden-Oosten
  • Vooral in Europa (Frankrijk en België) veel gevochten.
  • 20 miljoen doden

Slide 14 - Tekstslide

Verbind de bondgenoten

Slide 15 - Sleepvraag

Aanval op Frankrijk door België heen
De Duitsers vielen Frankrijk aan via België, omdat de Frans Duitse grens goed verdedigd was.

Slide 16 - Tekstslide

Frontlijn Eerste Wereldoorlog.
Ze vochten vier jaar om hetzelfde stuk gebied.
Geen van beiden kwam verder.

Slide 17 - Tekstslide

Slag om Ieper België

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Ieper België (1917)
Ieper nu

Slide 21 - Tekstslide

Wie was Franz Ferdinand?
A
Troonopvolger Oostenrijk-Hongarije
B
Een belangrijke generaal van Duitsland
C
De koning van het Verenigd Koninkrijk
D
De koning van Italië

Slide 22 - Quizvraag

Van wanneer tot wanneer was de Eerste Wereldoorlog?
A
1914-1920
B
1941-1948
C
1915-1928
D
1914-1918

Slide 23 - Quizvraag

Hoe denk jij dat de soldaten uit die tijd de oorlog noemde?
A
De verschrikkelijke strijd
B
De Grote Oorlog
C
De Eerste Wereldoorlog
D
De wereldoorlog

Slide 24 - Quizvraag

Wie is de persoon links?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Video

Slide 27 - Tekstslide

Les 2 Eerste Wereldoorlog

Slide 28 - Tekstslide

Lezen hoofdstuk 3 paragraaf 1
Moeilijke woorden opschrijven

Slide 29 - Tekstslide

Moeilijke woorden?

Slide 30 - Woordweb

Wat weten jullie nog van de vorige les?

Slide 31 - Woordweb

Wat is de directe oorzaak (aanleiding van de Eerste Wereldoorlog)
A
nationalisme
B
militarisme
C
moord op Frans Ferdinand
D
wapenwedloop

Slide 32 - Quizvraag

Strijd aan twee fronten
  • Duitsland wilde eerst (snel) Frankrijk verslaan.
  • Daarna zouden ze Rusland verslaan.
  • Het lukte niet om Frankrijk snel te verslaan.
  • Nu moesten ze aan twee kanten vechten (Frankrijk en Rusland (oostgrens Duitsland) 

Slide 33 - Tekstslide

Strijd aan twee fronten
  • Duitsland won in 1917 van Rusland
  • Rusland stopte met de oorlog
  • Maar.... nieuwe vijand, Amerikanen gaan in 1917 meedoen.
  • Verder hebben geallieerden nieuwe wapens (tank)
  • Duitsland verliest de oorlog
  • 11 november 1918 wapenstilstand, Eerste Wereldoorlog voorbij. 

Slide 34 - Tekstslide

Amerikanen met Renault tank

Slide 35 - Tekstslide

Nederland neutraal
  • Nederland vocht niet mee, neutraal.
  • Britse schepen hadden Duitse havens geblokkeerd.
  • Duitsers vielen Nederland niet aan, want ze gebruikten de haven van Rotterdam voor aanvoer naar Duitsland.
  • Britten lieten Nederland met rust, want ze waren bang dat Duitsland Nederland zou aanvallen en Nederland zou bezetten

Slide 36 - Tekstslide

Rotterdamse haven

Slide 37 - Tekstslide

Belgische vluchtelingen
  • België bezet door Duitsland
  • Veel Belgische vluchtelingen naar Nederland (100.000).
  • Groot asielzoekerscentrum in Harderwijk

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Dodendraad tussen België en Nederland

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Tekorten in Nederland
  • Handelszeevaart kwam stil te liggen.
  • Steeds minder voedsel en brandstof.
  • Gevolg                  honger en kou  

Slide 42 - Tekstslide

Wat is nationalisme?

Slide 43 - Open vraag

Duitsland wilde tweefrontenoorlog voorkomen. Is dat gelukt? Leg uit

Slide 44 - Open vraag

Vonden de Duitsers het goed dat de Belgen naar Nederland vluchten? Leg je antwoord uit.

Slide 45 - Open vraag

Waarom vielen de Duitsers Nederland niet aan?

Slide 46 - Open vraag

Had Nederland in 1918 nog las van de oorlog?

Slide 47 - Open vraag

Slide 48 - Video

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 49 - Woordweb