korte klank lange klank 26-9
1 / 27
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
schrijf woorden met a
Slide 2 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
schrijf woorden met i
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat hoor je?
A
lang
B
kort
Slide 4 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
lang
B
kort
Slide 5 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 6 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 7 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
oo
B
o
Slide 8 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
aa
B
a
Slide 9 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 10 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 11 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
nekken
nekken
A
ee
B
e
Slide 12 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
uu
B
u
Slide 13 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
uu
B
u
Slide 14 - Quizvraag
maan
Wat schrijf je?
A
busen
B
bussen
Slide 15 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 16 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 17 - Quizvraag
maan
Wat schrijf je?
A
beden
B
bedden
Slide 18 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 19 - Quizvraag
maan
Wat hoor je?
A
ee
B
e
Slide 20 - Quizvraag
maan
Wat schrijf je?
A
lessen
B
lesen
Slide 21 - Quizvraag
maan
Schrijf het woord
Slide 22 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf het woord
Slide 23 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf het woord
Slide 24 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf het woord
Slide 25 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Bij welk woord hoor je
een korte klank?
een korte klank?
A
been
B
pen
C
thee
D
teen
Slide 26 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk woord heeft
een korte klank?
een korte klank?
A
bedden
B
pennen
C
mannen
D
bessen
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
