Formuleren H5, trappen van vergelijking, AR1

Welke zin is goed geformuleerd?
A
Hij vindt jou leuker dan ik
B
Hij vindt jou leuker als ik
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welke zin is goed geformuleerd?
A
Hij vindt jou leuker dan ik
B
Hij vindt jou leuker als ik

Slide 1 - Quizvraag

Wat is het verschil in de betekenis van deze zinnen?
A. Nederlands is makkelijker dan je denkt
B. Nederlands is makkelijker als je denkt

Slide 2 - Open vraag

Trappen van vergelijking
Klein - kleiner -kleinst
Stellende - vergrotende (-er) - overtreffende trap (-st)

Eindigt een woord op een -s?
Dan komt er alleen -t bij de overtreffende trap: boost
Eindigt een woord op -st?
Dan komt er 'meest' voor te staan bij de overtreffende trap: meest woest
Afwijkend: goed - beter - best

Slide 3 - Tekstslide

Als / dan
Je gebruikt 'als' na de stellende trap: Hij is even groot als ik

Je gebruikt 'dan' na de vergrotende trap: Hij is groter dan ik

ik / mij?
Maak de zin langer, vul hem aan met de persoonsvorm.
Hij is even groot als ik/mij ben.
Niels is net zo aardig als zij/haar is.

Slide 4 - Tekstslide

Kies uit 'als' of 'dan'
Jochem is even sterk .... ik
A
als
B
dan

Slide 5 - Quizvraag

Kies uit 'als' of 'dan'
Jochem is sterker ... hij is
A
als
B
dan

Slide 6 - Quizvraag

Vul de trappen in:
Woest - .... - ....

Slide 7 - Open vraag

Kies uit 'ik' of 'mij'
Hij maakt de toets beter dan ...
A
ik
B
mij

Slide 8 - Quizvraag

Kies uit 'ons' of 'wij'
Hij verdiende met folders bezorgen minder dan
A
wij
B
ons

Slide 9 - Quizvraag

Opdracht deze les
NL Online H5
Formuleren: trappen van vergelijking

Klaar?
H6 Formuleren

Slide 10 - Tekstslide