§3.3 - Massaverhoudingen

§3.3 Massaverhoudingen
Je leert:
  • rekenen met massaverhoudingen bij scheikundige reacties
  • De massaverhouding afleiden uit meetgegevens
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§3.3 Massaverhoudingen
Je leert:
  • rekenen met massaverhoudingen bij scheikundige reacties
  • De massaverhouding afleiden uit meetgegevens

Slide 1 - Tekstslide

Massaverhouding
Bij een scheikundige reactie reageren de stoffen niet zomaar met elkaar. Als ik van 1 stof HEEL VEEL neem en van 1 andere stof HEEL WEINIG dan blijft er van de grote hoeveelheid altijd veel over.

Bij een scheikundige reactie reageren de stoffen altijd in een bepaalde verhouding met elkaar; de massaverhouding.

Slide 2 - Tekstslide

Massaverhouding
Die verhouding is net zoiets als "tosti's maken".
Stel: 1 tosti bestaat uit 2 sneetjes brood en 1 plakje kaas.
Ik kan dan een "soort vergelijking opschrijven:

2 brood + 1 kaas -> 1 tosti

Dit lijkt wel een beetje op een scheikundige reactievergelijking.

Slide 3 - Tekstslide

Massaverhouding
2 brood + 1 kaas -> 1 tosti
Ook hier kan ik met VEEL brood en WEINIG kaas niet veel tosti's maken.
Dit is ook altijd in een verhouding: 2 brood samen met 1 kaas.

Vraag: hoeveel kaas heb ik nodig om tosti's te maken als er 8 sneetjes brood zijn?


Slide 4 - Tekstslide

Massaverhouding
2 brood + 1 kaas -> 1 tosti
Vraag: hoeveel kaas heb ik nodig om tosti's te maken als er 8 sneetjes brood zijn?
Antwoord: 4 plakjes kaas.
Dit kan iedereen uit zijn hoofd bedenken.
Met scheikundige reacties is ook ongeveer hetzelfde maar dan met lastigere verhoudingen.


Slide 5 - Tekstslide

Massaverhouding
Neem als voorbeeld deze reactievergelijking:
NH3 + HCl -> NH4Cl

Ook deze stoffen reageren met elkaar in een bepaalde massaverhouding;
Om 17 gram NH3 te laten reageren is 36,5 gram HCl nodig.

Slide 6 - Tekstslide

Massaverhouding
NH3 + HCl -> NH4Cl
Om 17 gram NH3 te laten reageren is 36,5 gram HCl nodig.
Dat is dus de massaverhouding: NH3 : NH4Cl = 17 : 36,5
Maar ik heb niet altijd precies 17 gram NH3.
Stel dat ik 34 gram NH3 heb (dus 2x zoveel).
Dan kan hier 73,0 gram HCl (ook 2x zoveel) mee reageren.

Slide 7 - Tekstslide

Massaverhouding
Hoe kan je de nodige massa's uitrekenen als de getallen niet precies 2x of 3x meer zijn dan de gegeven massaverhouding?
Dan kan je de volgende tabel gaan opstellen:
                               NH3       +        HCl         ->    NH4Cl

gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
nieuwe massa's

Slide 8 - Tekstslide

Massaverhouding
In de tabel vul je dan de gegeven massaverhouding in de bovenste rij in (de juiste getallen bij de juiste stoffen)

                               NH3       +        HCl         ->    NH4Cl

gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
nieuwe massa's

Slide 9 - Tekstslide

Massaverhouding
Stel de opgave is: Je hebt in totaal 54 gram NH3.
Dan moet je 54 gram in de tabel invullen:
                               NH3       +        HCl         ->    NH4Cl



Bij "nieuwe massa's" komt dan de 54 gram NH3 te staan.

gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
nieuwe massa's
54

Slide 10 - Tekstslide

Massaverhouding
Daarna zet je in de middelste kolom bij NH3 een 1 (naar 1-methode).
                                     NH3           +        HCl              ->    NH4Cl




Nu moet je de factoren uitrekenen om van 17 naar 1 en van 1 naar 54 te gaan.
Dus eerst GEDEELD door 17 en daarna KEER 54

gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
1
nieuwe massa's
54

Slide 11 - Tekstslide

Massaverhouding
Hoe ga je nu bij HCl verder?  Met dezelfde factoren!!
                                     NH3           +        HCl              ->    NH4Cl




Dus eerst 36,5 GEDEELD door 17 = 2,147
en daarna 2,147 KEER 54 = 115,9 gram HCl.

gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
1
nieuwe massa's
54
115,9

Slide 12 - Tekstslide

Massaverhouding
Dus op de vraag "hoeveel gram HCl heb je nodig als je 54 gram NH3 wil laten reageren?" dan is het antwoord: 115,9 gram HCl 

                                     NH3           +        HCl              ->    NH4Cl





gegeven massaverhouding
17,0
36,5
naar 1 methode
1
nieuwe massa's
54
115,9

Slide 13 - Tekstslide

Massaverhouding
En deze manier van rekenen kan je elke massa-verhouding vraag oplossen.

Waar moet je op letten:
- de gegeven getallen van de massaverhouding onder de JUISTE STOFFEN zetten
- de gegeven massa van de stof in de opgave onder de JUISTE STOF zetten
- de vraag GOED LEZEN welke stof gevraagd wordt. Je hoeft misschien niet alle stoffen uit te rekenen en dat scheelt weer tijd op een toets.
                      





Slide 14 - Tekstslide

Weektaak
Lezen §3.3
Maken (online) opgaven en online nakijken

Slide 15 - Tekstslide