Hoofdstuk 2 Meetkunde

Doorsnede tekenen
Een doorsnede van een balk heeft altijd de vorm van een vierkant of een rechthoek.

Vaak kun je een zijde aflezen en 
moet je een zijde berekenen met 
de stelling van Pythagoras.

Zoek dan op een grensvlak een rechthoekige driehoek, 
zodat je de schuine zijde kunt uitrekenen.
rhz
AB
rhz
AE
sz
BE
52
BE=52=7,2cm
ofBE=62+42=7,2cm
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Doorsnede tekenen
Een doorsnede van een balk heeft altijd de vorm van een vierkant of een rechthoek.

Vaak kun je een zijde aflezen en 
moet je een zijde berekenen met 
de stelling van Pythagoras.

Zoek dan op een grensvlak een rechthoekige driehoek, 
zodat je de schuine zijde kunt uitrekenen.
rhz
AB
rhz
AE
sz
BE
52
BE=52=7,2cm
ofBE=62+42=7,2cm

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Hoe lang is EQ?

Slide 3 - Open vraag

Lijn EQ is de schuine zijde van driehoek EFQ.
rhz
EF
102
rhz
FQ
82
sz
EQ
164
EQ is 
164=12,8

Slide 4 - Tekstslide

Maak opdracht 6 en 7 uit je boek

Slide 5 - Tekstslide

Lichaamsdiagonaal
De lengte van lichaamsdiagonaal AG bereken je met de verlengde stelling van Pythagoras.

Stap 1. 
Welke drie ribben vormen 
de weg van A naar G?
AB - BC en CG

Slide 6 - Tekstslide

Gebruik de verlengde stelling van Pythagoras.
rhz
AB
rhz
BC
rhz
CG
5²    +
sz
AG
70
AG
=70=8,4cm

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Hoe lang is
lichaamsdiagonaal BH?

Slide 9 - Open vraag

rhz
AB
rhz
AE
rhz
EH
6²   +
sz
BH
116
BH=116=10,8cm

Slide 10 - Tekstslide

Maak opdracht 51 uit je boek

Slide 11 - Tekstslide

Aanzichten
Let bij het tekenen van aanzichten goed op links en rechts.
Neem de hoogste stapel, niet de voorste
Vooraanzicht, van links naar rechts
3 - 4 - 3

Slide 12 - Tekstslide

Aanzichten
Let bij het tekenen van aanzichten goed op links en rechts.
Neem de hoogste stapel, niet de voorste
Rechter zijaanzicht, van links naar rechts
1 - 3 - 4

Slide 13 - Tekstslide

Maak nu opdracht
 53, 54, 58 t/m 60 en 62 t/m 64

Slide 14 - Tekstslide

Hoeken
°Bij het berekenen van hoeken maak je gebruik van de volgende regels:
een rechte hoek is 90°
een gestrekte hoek is 180°
een volle hoek is 360°
de hoeken van een driehoek zijn samen 180°
de hoeken van een vierhoek zijn samen 360°

Slide 15 - Tekstslide

Hoeken berekenen
Bij een gelijkbenige driehoek 
zijn de basishoeken gelijk.
                     A = B
                                                Bij een gelijkzijdige driehoek
                                                zijn alle hoeken gelijk.
                                                A = B = C = 60°

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Driehoek ABC is
een gelijkbenige driehoek.
Hoe groot is hoek P2?
A
65°
B
90°
C
105°
D
115°

Slide 18 - Quizvraag

Hoek A = hoek B (gelijkbenige driehoek)
Hoek A + hoek B zijn samen 180 - 50 = 130°
Hoek A = 130 : 2 = 65°

Hoek A + B2 + P2 = 180° (driehoekensom)
Hoek P2 = 180 - 25 - 65 = 90°


Slide 19 - Tekstslide

 Maak nu opdracht 66 t/m 72
Klaar? Nakijken en verbeteren

Slide 20 - Tekstslide

Lijndiagram
Beelddiagram
Staafdiagram
Cirkeldiagram
Turftabel
Steelbladdiagram

Slide 21 - Sleepvraag