Agogiek Beroepshouding les 1

Agogiek

Beroepshouding
les 1
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
AgogiekMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Agogiek

Beroepshouding
les 1

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van de les
  • Planning lessen
  • Wat is je beroepshouding
  • Wat is de beroepscode
  • Wat zijn waarden?
  • Afsluiting: huiswerkopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Doel van de les

  • Je weet aan het einde van de les wat beroepshouding is
  • Je weet aan het einde van de les van de beroepscode is
  • Je kent een aantal belangrijke waarden in de beroepscode 

Slide 3 - Tekstslide

Planning periode 3 Beroepshouding
  1. Beroepscode
  2. Beroepsethiek en wetten
  3. Betrokkenheid
  4. Inlevingsvermogen
  5. Assertiviteit, integer en representatief
  6.  Toets beroepshouding

Slide 4 - Tekstslide

Wat versta je onder een
beroepshouding?

Slide 5 - Woordweb

Beroepshouding
Onder beroepshouding verstaan we eigenschappen en het gedrag waarover iemand in zijn beroep dient te beschikken om zijn beroep goed uit te oefenen


Slide 6 - Tekstslide

Welke eigenschappen vind jij belangrijk
als het gaat om je eigen beroepshouding?

Slide 7 - Woordweb

Wat is een beroepscode?
A
Eigenschappen en gedrag waarover iemand dient te beschikken om zijn beroep goed uit te oefenen
B
Een leidraad waarin staat waar de beroepsgroep voor staat en welke waarden en gedragsregels zij in hun beroepsbeoefening belangrijk vinden
C
Het geheel van waarden en normen die een beroepsbeoefenaar helpen te bepalen wat hij wel en niet moet doen
D
Beroepshoudingsaspect dat duidt op betrouwbaarheid van binnenuit

Slide 8 - Quizvraag

Beroepscode Phorza
Een leidraad waarin staat:

1. Waar de beroepsgroep voor staat
2. Welke waarden en gedragsregels zij belangrijk vinden in de beroepsbeoefening

Slide 9 - Tekstslide

Waarom een beroepscode?
  • Als beroepskracht heb je houvast bij het handelen
  • Je doet hetzelfde als collega's
  • Belanghebbende collega's en organisaties weten wat ze  van je mogen verwachten 
  • Beroepscode biedt duidelijkheid wanneer er klachten zijn over je functioneren 

Slide 10 - Tekstslide

Belangrijke waarden in de beroepscode
  1. Integriteit
  2. Betrokkenheid
  3. Rechtvaardigheid
  4. Goed gevoel voor verhoudingen en relaties
  5. Respect
  6. Vertrouwelijkheid
  7. Assertiviteit 
  8. Zelfbeschikking
  9. Representativiteit 
  10. Empathie

Slide 11 - Tekstslide

Integriteit: eerlijk en oprecht zijn
  • Echtheid: je gedrag moet overeenkomen met je woorden
  • Je bent niet omkoopbaar 
  • Betrouwbaar

Slide 12 - Tekstslide

Ben jij wel eens niet echt geweest op je werk/stage? Leg kort uit waarom

Slide 13 - Open vraag

Betrokkenheid
  • Je geeft om een ander
  • Iets voor de ander willen betekenen 

Teveel is niet goed, te weinig zorgt voor veel afstand.
Zorg voor balans!

Slide 14 - Tekstslide

Waarom is teveel betrokkenheid niet goed?

Slide 15 - Open vraag

Respect
Het accepteren van iemand zoals hij is

Slide 16 - Tekstslide

Respect voor iemands privacy laat ik zien door:
A
Ongevraagd de toiletspullen van de zorgvrager pakken
B
De zorgvrager laten douchen met de deur open
C
Binnen komen zonder kloppen
D
Toestemming vragen om eigendommen van de zorgvrager te pakken

Slide 17 - Quizvraag

Assertiviteit
  • Je grenzen op een goede manier aangeven
  •  Goed gevoel voor verhoudingen en je eigen positie hierin

Geef antwoord op de volgende vraag met betrekking tot jouw eigen grenzen bewaken

Slide 18 - Tekstslide

Jouw client vraagt of je een relatie hebt of waar je woont

Slide 19 - Open vraag

Zelfbeschikking
Zelfbeschikking: het kunnen en mogen maken van je eigen keuzes

Bv: je client informeren over de zorg en behandeling. Wanneer je zorg opdringt is dat een ernstige schending van de beroepscode

Slide 20 - Tekstslide

Empathie= inlevingsvermogen
Je kunt schakelen tussen verschillende culturen, leefstijlen en generaties





Slide 21 - Tekstslide

Stelling:
Empathie heb je of je hebt het niet, dat valt niet te leren

Slide 22 - Open vraag

Vind je dat mag meehuilen als een zorgvrager erg verdrietig is?
A
Als het om iets tragisch gaat waarbij ik zelf betrokken ben zou het kunnen
B
Nee, dat lijkt mij niet professioneel
C
Nee, je moet je hoofd koel houden
D
Ja, maar niet overstuur, een traantje en toch verder kunnen

Slide 23 - Quizvraag

Huiswerkopdracht 
  • AL gemaakt? 
  • Vragen over?


Slide 24 - Tekstslide

Afsluiting
T





Slide 25 - Tekstslide