Artikel schrijven

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Het artikel

Een artikel:

- is een tekst met achtergrondinformatie over een bepaald onderwerp

- staat vaak op een website, in een krant of tijdschrift

- mag enigszins subjectief (mening) zijn

- bestaat uit een inleiding, middenstuk en slot (minstens drie alinea's)

Slide 3 - Tekstslide

Informatief artikel
 Antwoord op de 6 WH-vragen
  1. Wat is er gebeurd?
  2. Wie heeft ermee te maken?
  3. Waar is het gebeurd?
  4. Wanneer is het gebeurd?
  5. Waarom is het gebeurd?
  6. Hoe is het gebeurd?

Slide 4 - Tekstslide

Structuur informatief artikel

  1. Een titel: zegt kort waar het artikel over gaat
  2. Inleiding: korte beschrijving van het onderwerp (belangrijkste informatie uit het artikel)
  3. Middenstuk: alles wat je verder wilt vertellen in het artikel
  4. Conclusie: je vat het artikel nog even samen

Slide 5 - Tekstslide

Schrijfplan: hoe zat dat ook alweer?
In je schrijfplan zet je de volgende dingen (handig voor jezelf).
  1.  Het onderwerp van je tekst;
  2.  Wat je over het onderwerp wilt vertellen;
  3.  Wat je met de tekst wilt bereiken, oftewel je schrijfdoel;
  4. Voor wie de tekst bedoeld is;
  5. Of er plaatjes bij moeten.

Slide 6 - Tekstslide

opbouw van een artikel 
Pakkende titel 

Inleiding: hier introduceer je het onderwerp en schrijf je waarom je dit stuk schrijft (aanleiding)

Middenstuk: schrijf over elk deelonderwerp één alinea. Gebruik signaalwoorden.

Slot: hier geef je een conclusie of korte samenvatting. 

Slide 7 - Tekstslide

Vooraf  bedenken
Tekstdoel: informatie geven/amuseren/overtuigen....
Onderwerp en de hoofdgedachte van je tekst 
Doelgroep, taalgebruik 
Volgorde (van de) deelonderwerpen
Opbouw: titel, inleiding, middenstuk, slot

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

inleiding:
- aanleiding

- iets over de opbouw (I,K,S)

Slide 13 - Tekstslide

Middenstuk/Kern
- deelonderwerpen
alle informatie, netjes per alinea

Slide 14 - Tekstslide

slot
- hoofdgedachte
- advies
- conclusie
-samenvatting
- toekomstverwachting
- antwoord op vraag uit de inleiding

Slide 15 - Tekstslide

Artikel: inhoud
Inleiding: vertel wat je wil gaan vertellen in je artikel. Gebruik een van de 3 manieren.
Alinea: - elke alinea bevat een onderwerp (=deelonderwerp)
                - begin met een kernzin
                - geef een toelichting (uitleg) op deze kernzin
Slot: geen nieuwe informatie toevoegen (dan is het geen slot)
Tekstdoel: informeren of overtuigen of een ander doel

Slide 16 - Tekstslide

Taalverzorging (s,f,i)
- Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
- Samenstellingen schrijf je aan elkaar (bijv. wereldreis
- Tussen twee werkwoorden in een samengestelde zin zet je altijd een komma! 
- Zinnen beginnen nooit met een voegwoord, dus niet met
   en, maar, dus, bijvoorbeeld.
- Verwijs niet naar tussenkopje maar gewoon benoemen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide