Doelgroepanalyse

Noem 2 bedrijven die indirecte
concurrenten van elkaar zijn?

1 / 23

Slide 1: Woordweb

Praktische economieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Noem 2 bedrijven die indirecte
concurrenten van elkaar zijn?

Slide 1 - Woordweb

Noem 2 bedrijven die directe
concurrenten van elkaar zijn?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Waar denk je
aan bij doelgroep?

Slide 5 - Woordweb

Doelgroep:

"Alle klanten die jij in jouw salon zou willen hebben."

Slide 6 - Tekstslide

Analyse:

Iets onderzoeken

Slide 7 - Tekstslide

dus: doelgroepanalyse

onderzoeken welke klanten jij wilt hebben in jouw salon

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Omschrijf nu de doelgroep van
Ici Paris. Noem 3 kenmerken.

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Kruidvat in Zevenaar

Bijenkorf in Utrecht

"Nagels" in Doetinchem

Bol.com in Utrecht

Inwoners van Zevenaar en omstreden

Inwoners van Utrecht en omgeving

Alle inwoners van Nederland

Voornamelijk vrouwen

Inwoners van Doetinchem en omstreken

Elk geslacht

12+

18+

15+

12+

Slide 19 - Sleepvraag

Slide 20 - Tekstslide

1. Moet groot genoeg zijn

Je hebt genoeg klanten nodig. Anders heb je onvoldoende inkomen.

Slide 21 - Tekstslide

2. Moet bereikbaar zijn

Klanten moeten dichtbij wonen. Anders komen ze niet naar je toe.

Slide 22 - Tekstslide

3. Moet gemeenschappelijke kenmerken hebben

Jouw klanten moeten niet allemaal iets anders willen.

Anders moet je alle behandelingen die er zijn aanbieden.

Anders moet jij alle producten die er zijn aanbieden.

Slide 23 - Tekstslide