Present Continuous
Gebruik je als iets nu aan de gang is (op dit moment).
Formule:
to be (am/is/are) + werkwoord + -ing
Voorbeelden:I am reading a book. (Ik ben een boek aan het lezen.)
She is eating lunch. (Zij is aan het lunchen.)
They are playing football. (Zij zijn aan het voetballen.)
🎯 Signaalwoorden: now, at the moment, look!, listen!