Les I grof taalgebruik

Scheld of vloek jij dagelijks?
A
Ja
B
Nee
1 / 16
volgende
Slide 1: Quizvraag
MentorlesMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Scheld of vloek jij dagelijks?
A
Ja
B
Nee

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voelt het (achteraf) goed om te schelden / vloeken?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ben jij wel eens uitgescholden?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke scheldwoorden ken je ?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Grof taalgebruik
In deze les...
  • hebben we het over grof taalgebruik. 
  • Leren we het verschil tussen schelden, vloeken en uitschelden.
  • Bepalen we onze grenzen m.b.t. grof taalgebruik. 

Slide 5 - Tekstslide

Voorbereiding Docent: 
  • Lees de presentatie goed door. Het spreekt in algemene zin voor zich. 
  • Het is veel, red je het niet qua tijd, sla dan een stukje over. Voor de afsluiting zijn slide 29 & 30 wel belangrijk! 
  • Sta bij de stellingen niet al te veel stil, deze zijn puur om het e.e.a. te triggeren. 
Waarom grof taalgebruik?
Soms ben je gefrustreerd, en dan gebruik je een woord dat niet beschaafd is. Dit noem je een krachtterm.
Krachttermen gebruik je om iets duidelijk te maken naar jezelf (als je pijn hebt, dan verlicht een krachtterm de pijn) of naar anderen. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten grof taalgebruik
Schelden = lelijke taal om iemand anders te kwetsen, dit kunnen allerlei woorden zijn met een negatieve lading (ziektes, seksuele woorden, racistische uitspraken)

Vloeken = religieuze woorden misbruiken, woorden die te maken hebben met een bepaalde geloofsovertuiging. 

Scheld je naar iemand toe, dan heet dit uitschelden

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vloeken 
Vloeken kwetst niet alleen jezelf, maar ook anderen.

Denk na voordat je zomaar iets roept. Vaak ben je niet eens op de hoogte van de gevolgen van wat je roept. 




Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schelden
Schelden doet bijna iedereen, jong en oud. Schelden wordt met veel soorten woorden gedaan. Denk aan ziektes, sekswoorden of geslachtsdelen. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schelden met ...
Schelden met

  • ziektes
  • opmerkingen over uiterlijk
  • afkomst

kan anderen enorm kwetsen. Ook als je niet de bedoeling hebt om te kwetsen. 
Schelden kan ook een gewoonte worden. Je merkt het zelf niet (meer) als je het doet.



Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Uitschelden
Uitschelden is iemand doelbewust kwetsen met lelijke woorden. 

  • Uiterlijk
  • Afkomst
  • Ziektes
  • Seksualiteit

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe jij als
je iemand
hoort (uit)schelden?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Vloeken, schelden en uitschelden
beschouwen wij als grof taalgebruik.
grof taalgebruik hoort niet thuis in de klas, op school, ... 
Je kan altijd bewust of onbewust iemand kwetsen.
Het werkt in twee richtingen.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat doe je als er grove taal wordt gebruikt ? 

Wat spreken wij met elkaar af?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies