Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Komma
Komma
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spelling
Basisschool
Groep 6
In deze les zitten
28 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Komma
Slide 1 - Tekstslide
wanneer
gebruik je
een komma?
Slide 2 - Woordweb
Je gebruikt een komma:
- als in een zin een pauze te horen is.
- tussen twee bijvoeglijke naamwoorden
(
mooie, dikke, dunne, snelle
hond <- zelfstandig nw.)
- tussen twee persoonsvormen
(werkwoorden)
- als iemand aangesproken wordt.
Slide 3 - Tekstslide
Als je niet op tijd bent, kun je niet meedoen.
Het is een blauwe, stoere fiets.
Het is duidelijk, dat in Nederland veel gefietst wordt.
Luuk, doe jij even de deur dicht?
tussen twee persoonsvormen
iemand wordt aangesproken.
tussen twee bijvoeglijke naamwoorden
Je hoort een pauze
Slide 4 - Sleepvraag
Waarom staat de komma hier?
De lange, donkere tunnel voelde koud aan.
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 5 - Quizvraag
Waarom staat de komma hier?
Als hij goed oefent, zal hij slagen voor het examen.
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 6 - Quizvraag
Typ deze zin met de komma op de juiste plek.
In de tuin stond een grote groene boom vol vogels.
Slide 7 - Open vraag
In de tuin stond een grote, groene boom vol vogels.
De komma wordt hier gebruikt tussen twee bijvoeglijke naamwoorden.
Slide 8 - Tekstslide
Waarom staat de komma hier?
Nou, dat was echt spannend!
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 9 - Quizvraag
Zet de komma op de juiste plek.
Als je goed luistert begrijp je het beter.
,
Slide 10 - Sleepvraag
Als je goed luistert, begrijp je het beter.
De komma wordt hier gebruikt tussen twee persoonsvormen.
Slide 11 - Tekstslide
Waarom staat de komma hier?
Mama, mag ik buiten spelen?
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 12 - Quizvraag
Zet de komma op de juiste plek.
We zagen een oude verlaten boerderij
aan de rand van het dorp.
,
Slide 13 - Sleepvraag
We zagen een oude, verlaten boerderij
aan de rand van het dorp.
De komma wordt hier gebruikt tussen twee bijvoeglijke naamwoorden.
Slide 14 - Tekstslide
Typ deze zin met de komma op de juiste plek.
Omdat hij te laat kwam miste hij de eerste vraag.
Slide 15 - Open vraag
Omdat hij te laat kwam, miste hij de eerste vraag.
De komma wordt hier gebruikt tussen twee persoonsvormen.
Slide 16 - Tekstslide
Waarom staat de komma hier?
Ze droeg een mooie, kleurrijke jurk op het feest.
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 17 - Quizvraag
Waarom staat de komma hier?
Tom, wil jij mij helpen?
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 18 - Quizvraag
Typ deze zin met de komma op de juiste plek.
Kom we gaan naar buiten.
Slide 19 - Open vraag
Kom, we gaan naar buiten.
De komma wordt gebruikt om een pauze aan te geven in de zin.
Slide 20 - Tekstslide
Zet de komma op de juiste plek.
Juf ik snap deze som niet.
,
Slide 21 - Sleepvraag
Juf, ik snap deze som niet.
De komma wordt hier gebruikt omdat iemand wordt aangesproken
Slide 22 - Tekstslide
Waarom staat de komma hier?
Oei, dat ging maar net goed!
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 23 - Quizvraag
Zet de komma op de juiste plek.
Ja hoor je mag er één nemen.
,
Slide 24 - Sleepvraag
Ja hoor, je mag er één nemen.
De komma wordt gebruikt om een pauze aan te geven in de zin.
Slide 25 - Tekstslide
Waarom staat de komma hier?
Omdat ik ziek was, kon ik niet naar school gaan.
A
je hoort een pauze in de zin.
B
het staat tussen 2 bijvoeglijke naamwoorden.
C
het staat tussen 2 persoonsvormen.
D
iemand wordt aangesproken
Slide 26 - Quizvraag
Typ deze zin met de komma op de juiste plek.
Lotte kom je ook mee naar het plein?
Slide 27 - Open vraag
Lotte, kom je ook mee naar het plein?
De komma wordt hier gebruikt omdat iemand wordt aangesproken
Slide 28 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
4.2 havo 2 opdr. 15 De komma
February 2023
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
De komma
February 2025
- Les met
30 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
De komma
May 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Interpunctie - Les 2 - De komma
December 2023
- Les met
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Spelling 4, 5 en 6
February 2022
- Les met
23 slides
Other languages
Secondary Education
Spelling 4, 5 en 6
February 2025
- Les met
19 slides
Other languages
Secondary Education
Taalverzorging-komma
December 2024
- Les met
18 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-3
Groep 7-8 | taal | komma
August 2024
- Les met
25 slides
door
NTC DEF@ctO nl L.P
Nederlands
Taal
+2
Basisschool
Groep 7,8
NTC DEF@ctO nl E.E