Grammatica D

Grammatica D
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Grammatica D

Slide 1 - Tekstslide

Starttaak
Etui, planner, lesboek, leesboek, schrift open en laptop dicht op tafel.



Klaar? Stillezen
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Welkom!
Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

We starten met stillezen
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze week
Maandag: Grammatica D/ oefenen
Dinsdag:  formatieve so
Vrijdag:Lezen

Weektaak
Lezen handboek blz 167
Oefenboek grammatica D 4t/m 8

Slide 4 - Tekstslide

telwoorden
Schrijf van elk soort telwoord een voorbeeld op in je schrift.
Hoofdtelwoorden geven een aantal aan.
Rangtelwoorden geven een volgorde aan.
Bepaalde telwoorden geven een precies aantal of een precieze volgorde aan.
Onbepaalde telwoorden geven een globaal aantal of globale plaats in de volgorde aan.

Slide 5 - Tekstslide

telwoorden

Slide 6 - Tekstslide

HOOFDZIN + HOOFDZIN

Twee hoofdzinnen kun je aan elkaar verbinden met een nevenschikkend voegwoord.

Dit zijn: en, of, maar, want, dus. (dwoem)
HOOFDZIN + BIJZIN

Een hoofd- en een bijzin kun je aan elkaar verbinden met een onderschikkend voegwoord.

Er zijn veel onderschikkende voegwoorden, zoals: omdat, zodat, doordat, als, dan, hoewel, tenzij, terwijl, toen, of.

Slide 7 - Tekstslide

Nevengeschikte zin
- twee hoofdzinnen naast elkaar, laat je het voegwoord weg dan heb je twee enkelvoudige zinnen
- pv en ond staan naast elkaar 
- pv staat op eerste of tweede plaats in de zin
- nevenschikkende voegwoorden: en, maar, want, of

Hij zwaait zijn ouders uit want die gaan een verre reis maken.
Hij blijft thuis en hij belt direct zijn vrienden.
Ze hebben uren zitten gamen, maar ze hebben ook gedanst.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe pak ik nevengeschikt voegwoord (ns. vgw) en ondergeschikt voegwoord (os. vgw) aan? 
  1. Zoek de persoonsvormen 
  2. Kijk of je te maken hebt met een hoofdzin + hoofdzin of hoofdzin + bijzin
  3. Hoofdzin + hoofdzin -> nevenschikkend 
  4. Hoofdzin + bijzin  -> onderschikkend 
Tip: in bijzinnen staat de persoonsvorm vaak op een latere plek in de zin.

Slide 9 - Tekstslide

Nu jij.........
Maken grammatica D 
4 t/m 8

Lezen handboek blz. 160 t/m 167
Oefenen grammatica At/m D Drilsteroefeningen/ Cambiumned

Slide 10 - Tekstslide