8.4 Remmen en veiligheid

8.4 Remmen en Veiligheid
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

8.4 Remmen en Veiligheid

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leer je
  • Hoe snel je kunt reageren
  • Wat je reactietijd beïnvloedt
  • Wat de remweg bepaalt
  • Hoe je de stopafstand berekent
  • Hoe je veilig rijdt

Slide 2 - Tekstslide

Reactietijd en reactieafstand

Slide 3 - Tekstslide

Reactietijd
Wanneer iemand plotseling de weg oversteekt dan ga je remmen. Maar je kan onmogelijk meteen afremmen. Dit duurt even vanwege de reactietijd:
De tijd tussen het zien van het gevaar en het indrukken van de remmen.
De reactietijd ligt normaal  gesproken tussen 0,7 en 1,0 seconden.

Dingen die van invloed zijn op de reactietijd:
  • Niet opletten, of moe zijn;
  • Drugs, alcohol en sommige medicijnen.

Slide 4 - Tekstslide

De reactieafstand
De reactieafstand is de afstand die je aflegt gedurende de reactietijd.
De reactieafstand kun je uitrekenen door:
                       reactieafstand = reactietijd x snelheid

Slide 5 - Tekstslide

Van welke factoren hebben invloed op de reactietijd?
  • Hoe vermoeid je bent
  • Of je alcohol hebt gedronken
  • Of je van nature een snelle of langzame reactie hebt
  • Of je geconcentreerd bent in het verkeer.
  • of je op je telefoon zit 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe bereken je de reactieafstand?
A
oppervlakte onder het schuine stuk
B
oppervlakte onder het rechte stuk
C
Reactieafstand = snelheid x reactietijd
D
Reactieafstand = 0,5 x snelheid x reactietijd

Slide 7 - Quizvraag

Als een bestuurder tijdens het rijden zijn telefoon gebruikt wordt zijn reactietijd:
A
korter
B
blijft gelijk
C
langer

Slide 8 - Quizvraag

Remweg
De afstand die wordt afgelegd tussen het beginnen met remmen en stilstand.
De remweg hangt af van de:
- snelheid
- massa
- remkracht
- banden, wegdek
- temperatuur   (voorbeeld plaatje winterbanden en zomerbanden)

Slide 9 - Tekstslide

Stopafstand
De stopafstand is de totale afstand die je nodig hebt om tot stilstand te komen
stopafstand = remweg + reactieafstand
de reactieafstand bereken je zo:
reactieafstand = beginsnelheid x reactietijd

Slide 10 - Tekstslide

Stopafstand

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de formule om de stopafstand te bereken?

A
Stopafstand = reactieafstand x remafstand
B
Stopafstand = reactieafstand : remafstand
C
Stopafstand = totale remafstand
D
Stopafstand = reactieafstand + remafstand

Slide 12 - Quizvraag

Gegeven: stopafstand = reactieafstand + remweg
Welke van deze drie afstanden verandert als de bestuurder flink gedronken heeft?
A
remweg + stopafstand
B
reactieafstand + stopafstand
C
alle afstanden
D
reactieafstand + remweg

Slide 13 - Quizvraag

Is de stopafstand hetzelfde als de remweg ?
A
Nee
B
Ja

Slide 14 - Quizvraag

Jaro rijdt op zijn scooter. Hij is moe, waardoor zijn reactietijd langer is dan normaal.
Wat gebeurt er dan met de reactieafstand, de remweg en de stopafstand?

A
De reactieafstand en de remweg worden langer; de stopafstand blijft gelijk.
B
De reactieafstand en de stopafstand worden langer; de remweg blijft gelijk.
C
De reactieafstand wordt langer; de remweg en de stopafstand blijven gelijk.
D
De remweg en de stopafstand worden langer; de reactieafstand blijft gelijk.

Slide 15 - Quizvraag

Als de reactietijd groter is, wordt de stopafstand kleiner
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Veiligheid in het verkeer
Hoe kan je de veiligheid bij botsingen en plotseling remmen verbeteren? 
- Rijgedrag
- Voorzieningen in het voertuig
- Aanpassingen op en om de weg


 

Slide 17 - Tekstslide

Veiligheidsmaatregelen in auto's
Ze vergroten de veiligheid op drie manieren:
- de botsweg vergroten: je komt langzamer tot stilstand
- de kracht verdelen: beschermt je lichaam tegen grote kracht
- kwetsbare lichaamsdelen beschermen
lees in je boek welke maatregelen er nog meer worden genomen,

Slide 18 - Tekstslide

Kreukelzone en botsen
Door de kreukelzone krijg je een langere remweg.
Daardoor duurt de botsing langer 
dan is versnelling kleiner.
En is de kracht ook kleiner

Slide 19 - Tekstslide

Het verkreukelen van de auto heeft te maken met de...
A
Remweg
B
Veiligheid

Slide 20 - Quizvraag

Welk van de volgende veiligheidsvoorzieningen beschermt je tijdens de noodstop?
A
veiligheidsgordel
B
airbag
C
kooiconstructie
D
kreukelzone

Slide 21 - Quizvraag

Waarom zorgt een kreukelzone voor een "zachtere" botsing?
A
De kreukelzone botst en jij botst niet
B
De remweg wordt langer, en dan duurt de botsing langer
C
De kreukelzone veert weer terug
D
De remweg wordt korter, dus dan bots je korter

Slide 22 - Quizvraag


Welke keuze zal de kracht die je tijdens
een botsing op je lichaam ervaart
niet verminderen?
A
Gordel
B
Kreukelzone
C
Kooi constructie
D
Airbag

Slide 23 - Quizvraag

Je mag verder werken in je boek!

Slide 24 - Tekstslide