Intervisie - Incidentmethode

Werkplaats les 3 
02 Maart 2021 
LTB - opdracht KOLB
BPV - Incidentmethode 
Werkplaats - werken aan IBO's 

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Werkplaats les 3 
02 Maart 2021 
LTB - opdracht KOLB
BPV - Incidentmethode 
Werkplaats - werken aan IBO's 

Slide 1 - Tekstslide

LTB - leerstijlen van KOLB

Slide 2 - Tekstslide

Leerstijlen KOLB

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Opdracht 
Stap 1: Doe online een KOLB leerstijlen test

Stap 2: Beantwoord uitgebreid de volgende vraag:
Hoe kun je tijdens het werken aan de IBO's rekening houden met jouw voorkeurs leerstijl?

Stap 3: Delen en uitwisselen

Slide 5 - Tekstslide

Kennis maken en bijpraten 
kennis maken en bijpraten nieuwe student(en)

Slide 6 - Tekstslide

Intervisie 
De incidentmethode 

Slide 7 - Tekstslide

De rollen 
Elke BPV-kring zijn er (afwisselend) groepsleden die een eigen, belangrijke taak/rol vervullen:
 
1. Voorzitter: elke les wordt voorbereid en begeleid
2. Notulist: van elke les wordt een verslag gemaakt
3. Inbrenger(s): in elke les worden praktijksituaties ingebracht of wordt een
onderwerp/topic ingebracht dat met stage lopen in het werkveld te maken
heeft.

Slide 8 - Tekstslide

De voorzitter 
Een voorzitter is het ‘hoofd’ van de vergadering.
Hij bereidt de vergadering voor en leidt het gesprek.


Vaste agendapunten
1. Stelt de agenda op
2. Opent de bijeenkomst
3. Registreert de aanwezigen en zegt wie er vandaag notulist en inbrengers zijn
4. Bespreekt en evalueert de notulen van de vorige les en stelt de notulen ze vast
5. Mededelingen/vragen van de docent en van studenten




Slide 9 - Tekstslide

6. Inbrenger(s) volgens de ‘incidentmethode’ (zie 3.2 op blz. 5)
  - Fase 1
  - Fase 2
  - Fase 3
  - Fase 4
  - Fase 5
  - Fase 6
7. Afspraken maken of herhalen
8. Rondvraag
9. Evaluatie voorzitter en inbrengers (tips/tops)

6. Inbrenger(s) volgens de ‘incidentmethode’ (zie 3.2 op blz. 5)
  - Fase 1
  - Fase 2
  - Fase 3
  - Fase 4
  - Fase 5
  - Fase 6
7. Afspraken maken of herhalen
8. Rondvraag
9. Evaluatie voorzitter en inbrengers (tips/tops)

Slide 10 - Tekstslide

Proces
1. Laat iedereen aan bod komen
2. Geeft deelnemers (actief) het woord
3. Voert de taak uit (agenda, incidentmethode enz.)
4. Vraagt door (Bijv. als iemand zegt: “Ik vond het leuk op stage.”-- Voorzitter vraag dan bijvoorbeeld “Wat vond je leuk en waarom ?” )
5. Bewaakt de tijd en de agenda
6. Neemt besluiten (soms alleen, soms alleen de docent, soms samen met de groep)
7. Stuurt het proces

Slide 11 - Tekstslide

Houding
1. Spreekt verstaanbaar
2. Luistert naar anderen
3. Heeft oogcontact
4. Werkt samen
5. Vat de inhoud samen (Zeer belangrijk!)

Slide 12 - Tekstslide

De notulist 
De notulist maakt een verslag van de bijeenkomst en zorgt ervoor dat de leden van de BPV-kring meteen na de les via Trajectplanner deze notulen krijgen.
De notulen beginnen met :
- BPV-kring-les datum, groep.
- Een lijst van de aanwezigen
- Namen van de voorzitter, notulist en inbrenger(s)
Voor het schrijven van de notulen, worden de agendapunten inclusief de fasen van de incidentmethode aangehouden (zie bij ‘1. De voorzitter’) voor een overzichtelijke indeling.
Onderaan de notulen staat actielijst: een lijst met afspraken en actiepunten.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

De inbrenger 
Elke bijeenkomst zijn er een of meer studenten die een (praktijk)situatie inbrengt/inbrengen. Dit noemen we een casus.


Aan welke eisen moet je casus voldoen?
Een casus heeft betrekking op je BPV (stage)-ervaringen en/of op zaken die jouw functioneren op je stage beïnvloeden.
Een casus wordt uitgetypt en door de leerling zelf vermenigvuldigd. Aan het begin van de casusbespreking deelt de leerling zijn casus uit aan de docent en alle BPV-groepsleden.

Slide 15 - Tekstslide

De casus - 4 onderdelen
1.Algemene informatie:
- Naam student en klas.
- Datum waarop deze casus in de les besproken zal worden.
- Soort werkveld (bijv. BSO)
- Soort doelgroep waarop casus betrekking heeft (bijv. kinderen van 8 tot 12 jaar)


2.Inhoud casus beschrijven: Wat is er gebeurd?
Korte omschrijving van de gebeurtenis en betrokken personen en hoe je daarin gehandeld hebt of een collega hebt zien handelen. De “oplossing” vertel je nog niet!

Slide 16 - Tekstslide

3. Vragen die je stelt aan je groep:
De bedoeling is dat je
- ofwel zelf antwoord krijgt op bepaalde vragen
- ofwel je BPV-groep flink aan het denken zet (terwijl je de oplossing zelf al weet)


Formuleer daartoe minimaal 4 vragen voor je groepje en schrijf die onder de casus. Bijvoorbeeld:
- Hoe zou jij in zo'n situatie reageren en waarom zo ?
- Waarom zou dit kind dit gedrag vertonen oftewel “Wat voor hulp vraagt dit kind
  aan zijn begeleider met dit gedrag ?”
- Wiens probleem is het eigenlijk: van het kind, van de begeleider, van de
  instelling, van de ouders?
- Zijn er andere manieren mogelijk dan simpel negeren, straf geven of belonen ?
- Hebben we op school theorie gehad die kan helpen bij hoe je in deze situatie zou kunnen handelen?



Slide 17 - Tekstslide

4.Beschrijf de “oplossing”
Pas aan het eind van de casusbespreking vertel jij wat je uiteindelijk hebt gedaan om de situatie aan te pakken.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat vonden jullie van jullie eerste intervisie bijeenkomst?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Werkplaats
Aan de slag met de IBO's 

Slide 21 - Tekstslide