Spelling les 2

• Spelling
• Basisschool
• Groep 7

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (overleggen) Hebben jouw ouders met je ...

Wat is het voltooide deelwoord in de zin: (onderschatten) Mijn broer heeft het niveau van het examen ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (ontmoeten) Heb jij mijn opa en oma al eens ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (herhalen) De muziekleraar heeft de melodie al vaak ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (ontmaskeren) De misdadiger werd al snel ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (herkennen) Ik had je helemaal niet ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (overnachten) Tijdens de heenreis hebben wij in een hotel ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (omsingelen) Het huis werd aan alle kanten ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (ontleden) De kinderen hebben de zinnen ...

Wat is het voltooid deelwoord in de zin: (herkauwen) De koe heeft het gras enkele malen ...

Dictee woord 1:

Dictee woord 2:

Dictee woord 3:

Dictee zin 1:

Dictee zin 2:

Dictee zin 3:

Geef een voorbeeld van een woord met een Latijns voorvoegsel

Geef een voorbeeld van een tremawoord

Geef een voorbeeld van een woord met trema meervoud

Geef een voorbeeld van een woord met een koppelteken