4.6 Trouw aan de heer

Herhaling vorige les
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling vorige les

Slide 1 - Tekstslide

Kloosters waren belangrijk voor:
A
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
B
Van agrarisch-urbane cultuur naar een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
C
De verspreiding van het Christendom in geheel Europa
D
Het ontstaan en de verspreiding van de Islam

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de Standensamenleving?
A
iedereen had dezelfde rechten
B
De maatschappij is verdeeld in groepen

Slide 3 - Quizvraag

Uit welke drie standen bestond de middeleeuwse standensamenleving?
A
Boeren, ridders en horigen
B
Geestelijken, boeren en ambachtslieden
C
Edelen, boeren en horigen
D
Boeren (horigen), geestelijken en edelen.

Slide 4 - Quizvraag

Willibrord was een missionaris
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

4.6 Trouw aan de heer

Slide 6 - Tekstslide

Huiswerk:
Maak in memo opdracht 4 en 5 van paragraaf 4.6


Volgende keer bespreken we deze vragen!

Slide 7 - Tekstslide

lesdoelen:
1. Je kunt uitleggen hoe het leenstelsel werkte en je kunt de begrippen leenheer, leenman en trouw toepassen.

2. Je kunt verklaren op welke wijze Karel de Grote voorkwam dat de leenmannen een bedreiging konden vormen voor zijn macht.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Hoe werkt een leenstelsel?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wat moesten leenmannen doen?


 trouw beloven aan de koning:
  1. Ze moesten meevechten.
  2. Koning raad geven.
  3. Geleende grond besturen.

Slide 12 - Tekstslide

De leenmannen beloofde trouw aan hun leenheer. Wat hield die trouw in?
timer
0:20
A
Vechten
B
Besturen
C
Raad geven
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 13 - Quizvraag

In de tijd van het leenstelsel kon je tegelijk leenheer en leenman zijn. Klopt dat?
timer
0:15
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

open in memo van paragraaf 4.6 opdracht 4 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Karolingen

Slide 17 - Tekstslide

Waarom vroeg Pepijn toestemming aan de paus om koning te worden?
timer
0:20
A
De meeste mensen in het Frankische rijk waren christen.
B
Geestelijken hielpen bij het bestuur.
C
Antwoord A & B zijn allebei goed.

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video

Karel de Grote
  • 768 koning van het Frankische Rijk.
  • Belangrijkste koning van de Franken.
  • Veroverde een groot rijk.
  • Beschermde de kerk en geestelijken.

Slide 20 - Tekstslide

Karel de Grote was van de..
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand

Slide 21 - Quizvraag

Hoe wordt Karel de Grote ook wel gezien?

A
Als vadertje Karel
B
Vader van Europa
C
Europese keizer
D
Tiran

Slide 22 - Quizvraag

Karel de Grote was de.....
A
leenheer
B
leenman
C
vazal

Slide 23 - Quizvraag

Hoe wordt Karel de Grote ook wel gezien?
A
Als vadertje Karel
B
Vader van Europa
C
Europese keizer
D
Tiran

Slide 24 - Quizvraag

Hoe wordt Karel de Grote ook wel gezien?
A
Als vadertje Karel
B
Vader van Europa
C
Europese keizer
D
Tiran

Slide 25 - Quizvraag

Karel de Grote
  • Hielp de paus toen hij werd aangevallen.
  • Werd in 800 door de paus tot keizer gekroond.

Slide 26 - Tekstslide

Uiteenvallen Frankische Rijk
  • Na de dood van Karel de Grote viel het Frankische Rijk uit elkaar.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Oorzaken uiteenvallen Frankische Rijk
  • Invallen van Vikingen in het westen.
  • Invallen Hongaren in het oosten.
  • Opvolgers Karel de Grote waren geen goede bestuurders.

Slide 29 - Tekstslide

Oorzaken uiteenvallen Frankische Rijk

  • De geleende grond gingen ze als eigen grond zien: na de dood van een leenman werd de grond doorgegeven aan de zonen van de leenman.
  • Leenmannen voerden onderling oorlog met elkaar om meer grond te krijgen.
  • Sommige leenmannen beloofde twee leenheren trouw.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video