VWO 3 Frans week 23

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

VWO 3 Frans week 23

1HV1 Première leçon

Les objectifs :

* Je kent de werkwoorden Avoir, Être, Faire, Venir en Aller

   in de Présent, Passé composé, Imparfait en de Futur. 

* Je kunt een Franse tekst begrijpen en hier vragen over beantwoorden. 

Bonjour! C'est la semaine vingt-trois! Encore quatre semaines!!!

Qu'est-ce qu'on va faire?

• Discuter le test
• Planning aankomende 4 weken
• Répéter le dernier cours
• Apprendre les verbes aller et venir                             avec verbuga/ quizizz / écrire les verbes au papier.
• Waar wil je nog uitleg over?
• Réflexion du cours

   Sterkte / Zwakte Analyse

Welk cijfer heb je behaald? En past dit cijfer bij jouw voorbereiding?

Sterktes:
De dingen die goed gingen tijdens de toets.
Voorbeeld: - woorden vertalen van FA naar NL

Zwaktes:
De dingen die niet goed gingen tijdens de toets. Voorbeeld: - de grammaticaopdrachten

Mogelijkheden: Wat zou ik kunnen doen om beter te worden Voorbeelden:
- Start met de moeilijke opdrachten, zodat ik nog scherp ben en die goed kan maken voordat ik moe word van de toets.
- Ik kan de docent van te voren vragen hoe ik het beste kan leren voor de verschillende onderdelen.

Valkuilen: Voorbeelden:
- Ik besteedde te veel tijd aan één vraag en kwam daardoor in tijdsnood
- Ik ben te laat begonnen met leren

Planning aankomende 4 weken

week 23: A3B ww. aller + venir+ leesv. | ww. faire + être

week 23: VP3B ww.aller + venir + faire + avoir + être + leesv. 

week 24: A3B ww. avoir + leesv.| VP3B geen les

week 25: A3B toets ww + leesv. | VP3B laatste les

week 26: A3B laatste les | VP3B toets ww + leesv.

week 27: activiteitenweek

Répéter le dernier cours 

Wat hebben we vorige keer ook alweer geleerd?

Het rad geeft de beurt!

• rijtje présent venir
• rijtje passé composé venir
• rijtje imparfait aller
• rijtje futur aller

Apprendre les verbes aller et venir 

• verbuga
• quizizz 
• écrire les verbes au papier.

Je mag zelf kiezen hoe je de werkwoorden wilt leren. 

Ik schrijf ze eventueel uit op bord zodat je mee kunt schrijven.

Waar wil je nog uitleg over?

Fin du cours

1. Samenvatting van de les 

Vandaag hebben we de werkwoorden aller en venir herhaald.

2. Korte check met een vraag of opdracht 

Wie kan een zin maken waarbij je een van deze werkwoorden in de futur zet ? Rad laten draaien?

3. Positieve feedback 

Wat ging er goed deze les?

4. Vooruitblik en afsluiting 

De volgende les gaan we de werkwoorden faire en être herhalen.