6.3 Speaking

6.3 Speaking
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

6.3 Speaking

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les
  • korte (technische) instructies begrijpen.
  •  hoe je de past simple gebruikt.
  •  bijwoorden van frequentie, plaats en tijd correct plaatsen in zinnen.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • vragen en antwoorden over gewoontes en routines.
  • vragen en antwoorden over verleden en/of toekomstige activiteiten. 

Slide 3 - Tekstslide

Vragen over gewoontes en routines
Gebruik de present simple voor gewoontes.
"What time do you wake up?"
🔹 Antwoord:
"I wake up at 7 a.m."

"Do you go to school by bike?"
🔹 Antwoord:
"Yes, I do." / "No, I don't."


Slide 4 - Tekstslide



Signaalwoorden bij routines
  • always
  • usually
  • often
  • sometimes
  • never
  • every day / in the morning / on Mondays

Voorbeeld:

"I usually eat breakfast at 8 o’clock."

Slide 5 - Tekstslide

Oefening
Beantwoord in het Engels:

What do you do after school?

Do you watch TV every evening?

How often do you eat vegetables?

Slide 6 - Tekstslide

Vragen over het verleden
Gebruik de past simple.

"What did you do yesterday?"
🔹 Antwoord:
"I visited my grandmother."
"I didn’t go out."

 Let op: gebruik did in de vraag, en het werkwoord in de hele vorm.


Slide 7 - Tekstslide

Oefening 
What did you do last weekend?

Did you play a game yesterday?

What time did you go to bed last night?

Slide 8 - Tekstslide


Vragen over de toekomst

Gebruik going to of will.
"What are you going to do tomorrow?"

"I'm going to visit my friend."



"Will you study for the test?"
🔹
"Yes, I will." / "No, I won’t."


Slide 9 - Tekstslide



Signaalwoorden toekomst
tomorrow
next week / next month
⏩ later / soon / tonight

➡️ "I’m going to watch a movie tonight."
➡️ "We will travel next week."

Slide 10 - Tekstslide

Oefening – toekomst
What are you going to do this weekend?

Will you go on holiday this summer?

Are you going to visit someone soon?


Slide 11 - Tekstslide

Jullie gaan paragraaf 6.3 maken!!


Slide 12 - Tekstslide