Examentraining 7 luisteren e-nummers

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

bekijk en het fragment (20-21)
E-nummers



https://www.facet.onl/facet-player-oefenen/player/item/ITM-53810 

Slide 2 - Tekstslide

De presentatrice zoekt op internet informatie over E-nummers.
Wat zijn E-nummers volgens haar?
A
Bijgevoegde bestanddelen in ons eten die je ziek maken
B
Ingrediënten die op de zwarte lijst van de Europese Unie staan
C
Toevoegingen die in veel levensmiddelen voorkomen

Slide 3 - Quizvraag

Waarom voegen producenten E621 aan sommige producten toe volgens Ralf Moorman?
Op deze manier kunnen ze het product
A
Knapperiger maken zodat je het langer kunt bewaren
B
Lekkerder laten ruiken zodat je er meer van koopt
C
Zo samenstellen dat je er meer van zult eten

Slide 4 - Quizvraag

Welke eigenschap van E-nummers noemt Marcel Joosten?
verdikken
Smaak versterken
Kleuren
Geur versterken
binden
wel
niet

Slide 5 - Sleepvraag

Waarom heeft Mora MSG in de bitterballen vervangen?
A
Omdat mensen geen E621 in de bitterballen willen
B
Omdat Mora de bitterballen gezonder wilde maken
C
Omdat natuurlijk aroma’s in bitterballen lekkerder zijn

Slide 6 - Quizvraag

Waarom kiezen bedrijven volgens de presentatrice soms toch voor MSG in plaats van natuurlijke toevoegingen?
A
Ze kunnen een product eenvoudiger produceren als ze MSG gebruiken.
B
Ze kunnen een product goedkoper produceren als ze MSG gebruiken.
C
Ze kunnen een product smakelijker produceren als ze MSG gebruiken

Slide 7 - Quizvraag

Waarom gaat de presentatrice op bezoek bij de Universiteit van Wageningen?
A
Ze wil de waarheid kennen over verschillende E-nummers
B
Ze wil voor haar onderzoek zo veel mogelijk meningen horen
C
Ze wil weten of mensen ziek kunnen worden van E-nummers

Slide 8 - Quizvraag

Waarom vindt Ralf Hartemink het vreemd dat mensen bang zijn voor E-nummers?
A
Bedrijven worden goed gecontroleerd op de E-nummers die ze toevoegen aan hun producten
B
Er zitten onvoldoende E-nummers in het voedsel om er echt ziek van te kunnen worden
C
Het E-nummerstelsel is bedacht om te voorkomen dat fabrikanten schadelijke stoffen toevoegen aan levensmiddelen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste doel van de makers van dit programma?
A
Mensen aansporen beter op E-nummers te letten in ons voedsel
B
Mensen informeren over werkelijke risico’s van E-nummers in ons voedsel
C
Mensen laten zien hoe E-nummers aan voedsel worden toegevoegd

Slide 10 - Quizvraag

bekijk en luister het fragment: De zelfrijdende auto (20-21)


https://www.facet.onl/facet-player-oefenen/player/item/ITM-53818

Slide 11 - Tekstslide

Je ziet een scene van een presentator met een oranje robotarm
Wat wil hij hiermee vooral duidelijk maken?
A
Op robots kun je altijd rekenen
B
Robots kun je gerust dichtbij laten komen
C
Robots zijn heel goed in observeren

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste vraag die in dit fragment wordt gesteld?
A
Hoe moeten we omgaan met zelfstandige robots in de maatschappij?
B
Is het verstandig als robots in de openbare ruimte gaan functioneren?
C
Voor welke toepassingen kunnen robots allemaal gebruikt gaan worden?

Slide 13 - Quizvraag

Hoe moeten we omgaan met zelfstandige robots in de maatschappij?
A
Robots kunnen in de toekomst medische ingrepen doen
B
Robots kunnen probleemloos het werk van mensen overnemen
C
Robots kunnen veel nauwkeuriger werken dan mensen

Slide 14 - Quizvraag

Op welke punt zijn Stefano Stamigioli en Vanessa Evers het eens?
A
Beiden denken dat mensen zelfrijdende auto’s steeds meer zullen gaan accepteren
B
Beiden durven hun kinderen in een zelfrijdende auto de weg op te sturen
C
Beiden vinden zelfrijdende auto’s betrouwbaarder dan auto’s met een bestuurder

Slide 15 - Quizvraag

Hoe weet de zelfrijdende auto waar hij rijdt op de weg?
A
Hij heeft altijd speciale verlichting aan
B
Hij heeft altijd speciale verlichting aan
C
Hij heeft altijd speciale verlichting aan

Slide 16 - Quizvraag

Hoe zal een zelfrijdende auto in een onverwachte verkeerssituatie reageren volgens Vanessa Evers?
A
Beter dan mensen
B
Even goed als mensen
C
Minder goed dan mensen

Slide 17 - Quizvraag

In welk opzicht zijn David Abbink en de presentator het met elkaar eens?
Beiden menen dat bestuurder van zelfrijdende auto’s
A
Alert moeten blijven om bij noodgevallen te kunnen ingrijpen
B
Moeten leren om hun reactiesnelheid te verbeteren
C
Onvoldoende kennis hebben van de risico’s van deze auto’s

Slide 18 - Quizvraag

15 vragen. Hoeveel had jij juist?
15 goed = 10
10 goed = 7
5 goed = 4

Slide 19 - Tekstslide