H1L11 - 2HVMC - Dinsdag 19/9 - Schrijfopdracht uitleggen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom 2HVMC

: )

Planning van dit uur

• Stillezen 
  
• Huiswerk bespreken
• Schrijven theorie 
• Zelfstandig werken

Aan het einde van deze les

• heb jij geleerd wat het verschil in effect is van schrijven in de verleden tijd en de tegenwoordige tijd;
• heb je geleerd hoe je de juiste werkwoordstijd gebruikt. 

Som > vakken > Nederlands >Jaarbijlagen > Werkwijzer boekverslag 2 havo voor de leerlingen

Huiswerk bespreken

Wat	Huiswerk bespreken (opdracht 8 en 9 van 1.4 Schrijven en formuleren )
Hoe	Klassikaal
Hulp	Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd	Ongeveer vijf minuten
Uitkomst	Deze leerstof komt terug op de repetitie
Klaar	Hierna gaan we verder met de les

Schrijfdossier

• Alle vier de schrijfopdrachten van dit jaar in één document
• Voorblad
• Inhoudsopgave
• In een snelhechter (mapje)

• Tussendoor lever je elke schrijfopdracht in op Som 

Voorbeeld schrijfdossier

Schrijfdossier

Waar moet je ook alweer op letten bij het schrijven van een tekst?

Zo bouw je een goede tekst op

Alinea

Alinea

Alinea

Alinea

Kernzin

Toelichting

Inleiding

Kern 

(per alinea een deelonderwerp)

Slot

Stappenplan schrijven

1. Oriënteren 
2. Voorbereiden 
3. Uitvoeren
4. Nakijken
5. Herschrijven

Voorbereiden

Informatie verzamelen

Hoe? 5W1H

Weblog

• Zorg voor een aantrekkelijke titel
• Schrijf korte zinnen
• Gebruik tussenkopjes en korte alinea's 
• Kies één werkwoordstijd en wissel niet (verleden tijd of tegenwoordige tijd) 

                   Individueel werken 

Wat	Maak de schrijftaak van 1.4 Schrijven en formuleren (bladzijde 39 en 40). De schrijftaak bestaat uit opdracht 10 t/m 15 Je maakt alle opdrachten, maar je hoeft alleen opdracht 12 (de weblogtekst zelf) in te leveren. De weblogtekst schrijf je in Word.
Hoe	Fluisterend overleggen
Hulp	Ik loop rond om vragen te beantwoorden
Tijd	Tot het einde van de les
Uitkomst	Deze schrijfopdracht komt in je schrijfdossier, dat dossier telt voor een cijfer.
Klaar	Lees in je leesboek

Samenvatting van de les

Jij

• hebt geleerd wat het verschil in effect is van schrijven in de verleden tijd en de tegenwoordige tijd;
  
• hebt geleerd hoe je de juiste werkwoordstijd gebruikt. 

Huiswerk 

• Maak de schrijftaak van 1.4 Schrijven en formuleren (bladzijde 39). De schrijftaak bestaat uit opdracht 10 t/m 13.
  
• Je maakt alle opdrachten, maar je hoeft alleen opdracht 12 (de weblogtekst zelf) in te leveren. De weblogtekst schrijf je in Word.