Je kunt aangeven waar het gezichtszintuig, het gehoorzintuig en het evenwichtszintuig liggen en wat hun adequate prikkels zijn.
Je kunt aangeven waar de zintuigcellen in je huid, de reukzintuigcellen en de smaakzintuigcellen liggen, hoe ze werken en wat hun adequate prikkels zijn.
Slide 3 - Tekstslide
1. Gezichtszintuig
De prikkel is licht
Het netvlies zet de prikkels om in impulsen
Slide 4 - Tekstslide
2. Gehoorzintuig
Prikkel is geluidstrilling
in het slakkenhuis ontstaan impulsen
Slide 5 - Tekstslide
3. Evenwichtszintuig
Prikkel is zwaartekracht
in de evenwichtsorganen ontstaan impulsen
Slide 6 - Tekstslide
4. Tastzintuig
In de huid
Prikkel is licht aanraking
Liggen vlak onder de opperhuid
Slide 7 - Tekstslide
5. Drukzintuig
In de huid
Prikkel is druk op de huid
Liggen dieper in de huid
dan tastzintuigen
Slide 8 - Tekstslide
6. Koudezintuig
In de huid
Prikkel is kouder dan de temperatuur in de huid
Slide 9 - Tekstslide
7. Warmtezintuig
In de huid
Prikkel is warmer dan de temperatuur in de huid
Slide 10 - Tekstslide
8. Pijnpunten
In de huid en allerlei plaatsen in het lichaam
Prikkel is pijn en schadelijke prikkels
Slide 11 - Tekstslide
9. Reukzintuig
Boven in de neusholte
Prikkel is geur
Slide 12 - Tekstslide
10. Smaakzintuig
In de oppervlakte van de tong
Prikkel is zoet, zuur, zout, bitter en unami (hartig)