woningmarkt + leningen

Wat gaan we deze les doen?

Starter (5 min)
Groepje doorgeven en data PO (10 min)
Terugblik toets en volgende toets (10 min )
Doelen deze les (5 min)
Introductie leningen en opgaven  (40 min)
Afronden  (10 min)





1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we deze les doen?

Starter (5 min)
Groepje doorgeven en data PO (10 min)
Terugblik toets en volgende toets (10 min )
Doelen deze les (5 min)
Introductie leningen en opgaven  (40 min)
Afronden  (10 min)





Slide 1 - Tekstslide

Praktische opdracht (Magister)
Vandaag: groepje doorgeven (2/3 leerlingen)

8 maart 2023: Inleveren Team en Onderwerp (bedrijf, en aanvullend onderwerp)
15 maart 2023: inleveren plan van aanpak
maart – april 2023:, vragen, individuele begeleiding
14 april 2023, 21.00 = Uiterste datum inleveren PO


Slide 2 - Tekstslide

Hoe ging de toets?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Poll

Resultaten Toets H4-H6
- 3 leerlingen > 7
- 2 leerlingen > 5,5
- 3 leerlingen < 5,5

- 5 leerlingen moeten inhalen op 8 maart om 16.10

Slide 4 - Tekstslide

Volgende toets  



20 maart- 27 maart
H4 tot en met H8 
(in de toetsweek)

Slide 5 - Tekstslide

lesdoelen....
Je leert in deze les wat een woningmarkt is en hoe een woning huren of kopen gaat.
Ook komende de verschillende financieringsvormen voorbij.


Hoofdstuk 8 Woning

Slide 6 - Tekstslide

Woningmarkt

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Video

opgaven 7.8
maken/ bespreken

Slide 9 - Tekstslide

Hypotheek (lening)
  • Wat is een hypotheek: lening met onroerend (niet bewegend) goed als onderpand.
  • onderpand = zekerheid
  • grote bedragen en lange tijdsduur (20/30 jaar)

  • hypotheekgever (huisbezitter) = geldnemer; 
  • hypotheeknemer (is bank) = geldgever

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

opgaven 7.3/ 7.6
maken/ bespreken

Slide 12 - Tekstslide

Woningmarkt
Bestaat uit de totale vraag naar woningen en het totale aanbod van woningen. 

  • Huurwoningen
  • Koopwoningen

Slide 13 - Tekstslide

Sociale huurwoningen
Huurwoningen met een maandhuur tot ongeveer € 750. Deze zijn eigendom van woningcorporaties.

Woningcorporaties bouwen betaalbare woningen voor mensen tot een bepaald inkomen.

Als de huur hoger is, hebben we het over huurwoningen in de vrije sector.

Slide 14 - Tekstslide

Huurtoeslag
Een huurwoning kun je huren via woningcorporaties. Dit zijn stichtingen die veel huurwoningen bezitten en deze verhuren tegen lage tarieven.

Wanneer je weinig inkomen hebt, kun je via de belastingdienst ook huurtoeslag aanvragen. Hier zitten wel hele strenge regels aan.

Slide 15 - Tekstslide

Stappenplan huis kopen

Slide 16 - Tekstslide

Makelaar
Beroep van iemand die helpt, adviseert en onderhandelt bij het kopen of verkopen van een huis. Je betaalt hier een vergoeding voor. Dit is de courtage (% van de aankoop- of verkoopprijs)

Slide 17 - Tekstslide

Voorlopig 
koopcontract


Als koper en verkoper het eens zijn ondertekenen ze beiden een voorlopig koopcontract. Er staan vaak ontbindende voorwaarden in, dat zijn redenen om zonder kosten van de koop af te kunnen zien. (bijv. financiering)

Slide 18 - Tekstslide

Bijkomende kosten bij het kopen van een huis
  • overdrachtsbelasting (ongeveer 2% van de koopprijs)
  • makelaarskosten (o.a. taxatiekosten)
  • kosten notaris (contract en kadaster)
  • afsluitkosten hypotheek
_________________________________________
= kosten koper (k.k.) 
= ongeveer 6% van de koopprijs

Slide 19 - Tekstslide

Gemeentelijke belastingen
(bij koophuis)










  • OZB (op basis WOZ-waarde voor eigenaar en ook voor huurder)
  • Afvalstoffenheffing
  • Rioolrecht

Slide 20 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 21 - Tekstslide

Wat is juist?
A
Bij een huurhuis is de huurbaas de eigenaar.
B
Bij een koophuis betaal je huur.
C
Een hypotheek wordt iedere maand hoger.
D
Bij een huurhuis heb je altijd recht op huurtoeslag.

Slide 22 - Quizvraag

Wie betaalt de onroerendezaakbelasting (OZB)?
A
de eigenaar van een huis
B
de huurder van een huis
C
de overheid
D
de makelaar

Slide 23 - Quizvraag

Noem 2 voordelen van het kopen van een huis.

Slide 24 - Open vraag

Verkoopakte en hypotheekakte inschrijven in het kadaster
  • verschillende hypotheekvormen: annuiteiten- en lineaire lening
  • rente op een hyp. lening is fiscaal aftrekbaar in NL. Zie volgende video.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Link

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Zie je het nog zitten ; )
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Zie je het nog zitten ; )
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Slide 33 - Tekstslide

herhaling
hypothecaire leningen

Slide 34 - Tekstslide

Welke twee soorten hypothecaire leningen ken je?

Slide 35 - Open vraag

Hoeveel is de annuiteit?
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
€342.876,15
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
€342.876,15
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Annuiteit
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
...
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
...
€342.876,15
A
€8.464,58
B
€16.744,58
C
€351.535,42
D
€17.123.85

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Bij een lineaire hypotheek
A
Betaal je elke maand in totaal evenveel.
B
Betaal je elke maand evenveel rente.
C
Betaal je elke maand evenveel aflossing.

Slide 38 - Quizvraag

Welke hypotheek is in totaal het goedkoopst?
A
Lineaire hypotheek
B
Annuïteiten hypotheek
C
Er zit geen verschil in.
D
Geen idee.

Slide 39 - Quizvraag