In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Workshop 4 Koolwaterstoffen
Slide 1 - Tekstslide
Herhaling Verbranding
Wat heb je nodig voor een verbranding? Wat is het verschil tussen onvolledige en volledige verbranding? Wat ontstaat er bij een volledige verbranding van bijvoorbeeld benzine?
Overleg eerst in je MC, daarna is iemand aan de beurt
Slide 2 - Tekstslide
Koolwaterstoffen
Koolwaterstoffen zijn verbindingen met alleen maar C en H
bijvoorbeeld
methaan (in 4
weergaven)
Slide 3 - Tekstslide
Alkanen
Simpelste reeks koolwaterstoffen met algemene formule (homologe reeks). Er zijn alleen enkele (C-C) bindingen
Slide 4 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een molecuulformule en een structuurformule?
A
Een molecuulformule is als een plattegrond van het molecuul, terwijl een structuurformule een 3D-model is.
B
De molecuulformule vertelt je het aantal atomen in een molecuul, terwijl de structuurformule de vorm van het molecuul laat zien.
C
Een molecuulformule beschrijft chemische eigenschappen van een stof, terwijl een structuurformule wordt de fysische eigenschappen beschrijft.
D
Een molecuulformule wordt gebruikt voor anorganische verbindingen, terwijl een structuurformule wordt gebruikt voor organische verbindingen.
Slide 5 - Quizvraag
Paraffine olie bestaat uit alkanen met 20 C-atomen. Hoeveel H-atomen zijn er dan?
A
20
B
40
C
80
D
42
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel 'buurmannen' heeft koolstof
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 7 - Quizvraag
3D-vorm
Methaan heeft een tetraëder-vorm, met een het midden de C en eromheen zijn 4 buurmannen
Slide 8 - Tekstslide
Alkenen
Er zijn ook koolwaterstoffen
met 1 dubbele binding
tussen C-atomen.
Wat zou dan de algemene
formule zijn?
Slide 9 - Tekstslide
Molecuulbouwdoos
Je gaat zelf straks enkele stoffen bouwen, met C (zwart) en H (wit). Ook komen hier zuurstof (rood) en stikstof (blauw) in voor.