Leer Debatteren Deel 2

Leer Debatteren - Deel 2
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leer Debatteren - Deel 2

Slide 1 - Tekstslide


Doel van de les:


Leerlingen leren hoe een goed debat eruitziet, hoe ze zich goed kunnen voorbereiden en oefenen met argumenten. Ze sluiten de les af met een betoogopdracht en voorbereiding op een nieuw debat.

Slide 2 - Tekstslide

Introductie 
Wat ging goed vorige keer? Wat kon beter?

  • Voorbereiding
  • Argumenten
  • Conclusie


Slide 3 - Tekstslide

Hoe ziet een goed debat eruit?
Debatstructuur (2 vs. 2):

  1. Voorzitter opent het debat 
  2. Eerste spreker VOOR: mening + 2 argumenten (ca. 1 min)
  3. Eerste spreker TEGEN: mening + 2 tegenargumenten (ca. 1 min)
  4. Tweede spreker VOOR: reactie op tegenargumenten + 1 extra argument (ca. 1 min)
  5. Tweede spreker TEGEN: reactie op VOOR + 1 extra tegenargument (ca. 1 min)
  6. Korte reactieronde (elk team max. 30 sec)
  7. Afsluiting door beide teams (20 sec samenvatting)
  8. Klas stemt op wie het best overtuigde

Slide 4 - Tekstslide

Hoe bereid je je goed voor? 

1. Lees de stelling goed. Wat wordt er echt gevraagd?
2. Kies je standpunt (voor of tegen)
3. Werk samen met je teamgenoot:
4. Schrijf 2-3 argumenten op
5. Bedenk mogelijke tegenargumenten en hoe je daarop reageert
6. Maak een verdeling: wie zegt wat?

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden

Voorbeeldstelling: "Social media maakt je leven beter."

Voorbeeld argument VOOR: Je kunt contact houden met vrienden over de hele wereld.

Voorbeeld argument TEGEN: Het zorgt voor stress en vergelijking.

Slide 6 - Tekstslide

Standaardzinnen herhalen
"Ik ben het er (niet) mee eens omdat..."

"Een belangrijk argument is..."

"Daar wil ik graag op reageren..."

"Samenvattend vinden wij dat..."

Slide 7 - Tekstslide

 Schrijfoefening: Betoog schrijven + voorbereiding (Deel 1)
Opdracht
Werk in tweetallen. Kies of jullie voor of tegen een stelling zijn.
Schrijf samen een betoog van 300-400 woorden waarin je:

  • Jullie mening duidelijk maakt
  • Minstens drie goed onderbouwde argumenten geeft
  • Één of twee tegenargumenten benoemt en weerlegt
  • Een conclusie schrijft

Slide 8 - Tekstslide

Werkvorm debat – in duo’s binnen een groepje van vier

1. Vorm een groepje van vier leerlingen.
2. Verdeel je groep in twee duo’s.
3. Kies samen een stelling die jullie interessant vinden.
4. Beslis welk duo vóór en welk duo tegen de stelling zal pleiten.
5. Schrijf als duo een betoog om jullie standpunt te verdedigen. Zorg dat je sterke argumenten en voorbeelden gebruikt.

Slide 9 - Tekstslide

Structuur betoog:

1. Inleiding: onderwerp + mening

2. Kern: 3 argumenten + weerlegging van tegenargument(en)

3. Conclusie: samenvatting + krachtige afsluiting

Slide 10 - Tekstslide

Mogelijke stellingen:

"Je moet 16 jaar zijn om een smartphone te hebben."
"Social media maakt je leven beter."
"Iedereen moet verplicht vrijwilligerswerk doen."
"Elke schooldag moet pas om 10:00 uur beginnen."
"Mobiele telefoons moeten verboden worden in de klas."
"Je leert meer van reizen dan van school."
"Dieren mogen niet in een dierentuin leven."
"Fastfood moet verboden worden voor kinderen onder de 12."
"Iedereen moet één keer per jaar een week zonder internet leven."
"Influencers hebben te veel invloed op jongeren."

Slide 11 - Tekstslide

Lees een voorbeeld


Lees een voorbeeldbetoog met je leraar. 

Slide 12 - Tekstslide

Deel 2 Oefening

Gebruik het betoog als voorbereiding op een debat:

Verdeel wie eerste en tweede spreker is
Oefen jullie argumenten hardop
Noteer de belangrijkste zinnen en tegenargumenten

Slide 13 - Tekstslide