Zang Les 1: Stemmen

STEMMEN
Kun jij stemmen casten voor personages?

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolMBOVoortgezet speciaal onderwijsPraktijkonderwijsvmbo, mavo, havo, vwoLeerroute HLeerroute M

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

STEMMEN
Kun jij stemmen casten voor personages?

Slide 1 - Tekstslide

Deze les kan worden gebruikt ter voorbereiding op de workshops van Kleinkunstig die zang behandelen. Met als leerdoelen:
  • Kennismaken met de stem als instrument.
  • Weten hoe de stem werkt.
  • Auditief kunnen herkennen van een lagere of hogere stem.
WAT GAAN WE DOEN
  • Hoe werkt de stem
  • Lage en hoge stemmen
  • Stemmen en personages in musicals
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Vaak werd een circus opgericht door een familie waar bij ieder familielid een bepaalde rol had in de show. 
WAT HEB JE NODIG
  • Papier en pennen
  • Laptop of tablet met internet

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Het belangrijkste instrument om te zingen is de stem.
      Praten en zingen begint met ademen. 
     
  • De adem is een luchtstroom die ontstaat doordat 
     de lucht uit de longen naar buiten wordt geduwd. 
     
  • Hierbij gaat de luchtstroom langs het strottenhoofd
    waar de stembanden in liggen. Hier kan de lucht
    worden omgezet in stemgeluid. 

HOE WERKT DE STEM

Slide 4 - Tekstslide

Bijna iedereen kan het verschil horen tussen toonhoogtes. Iemand die geen verschil kan horen tussen toonhoogtes is toondoof. Dit komt niet vaak voor en waarschijnlijk is maar zo’n 4% van de wereldbevolking toondoof. Toondoofheid is een aangeboren aandoening, die mogelijk erfelijk is.
  1. Probeer eens een hoge stem, bijvoorbeeld een “aaaa”.
  2. Probeer eens een lage stem.
  3. Kijk onderstaande filmpjes van een hele hoge stem bij Brittain Got Talent en de wereldrecordhouder laagste stem.
LAGE EN HOGE STEMMEN

Slide 5 - Tekstslide

Het woord circus komt uit het Latijn en betekent ‘cirkel’. De Romeinen gebruikten het woord circus voor de renbanen waar zij wagenrennen hielden. Het eerste circus is opgericht in het jaar 1770 en bestond uit acrobatische kunsten met paarden. Dit circus vond plaats in een piste; een grote ronde ruimte met daaromheen een tribune. Tussen de paardenacts door werd het publiek vermaakt met acts van zangers, clowns en dansers. Door de grote populariteit werden er meer circussen opgericht die steeds diverser werden. 
AAN DE SLAG
  1. Maak tweetallen. Jullie gaan een stemschema maken.
  2. Schrijf op een A4tje aan de linkerkant lage stem en aan de rechterkant hoge stem.
  3.  Kies 5 van jullie favoriete muziekartiesten en luister naar hun stem.
  4. Schrijf ze op het A4tje op de goede plek: Heeft de artiest een lage of hoge stem? Of misschien wel in het midden?
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Eventueel kun je de leerlingen op weg helpen door een aantal van de volgende artiesten klassikaal te luisteren en in te delen: 
Amy Whinehouse - lage stem
Bruno Mars - hoge stem
Lady Gaga - midden
John Legend - lage stem
Ariana Grande - hoge stem
Sam Smith - midden

Bespreek de resultaten klassikaal
STEMMEN 
Kijk naar het volgende filmpje over de cast van de musical Alladin. Luister goed naar de stem van de personages. Is deze laag of hoog ?
Stemmen in musicals
In musicals en opera’s worden de zangers vaak gekozen (oftewel gecast) op basis van hoe hun stem bij het personage past, die ze spelen en zingen. Een lage stem kan een heel ander karakter aan een personage geven dan een hogere stem. 

Slide 7 - Tekstslide

De stem is bij iedereen uniek. Dat heeft te maken met de bouw van het strottenhoofd, de lengte van de stembanden en met de ruimtes er boven zoals de keelholte, mondholte en neusholten. Je kan dat het beste vergelijken met de verschillen tussen een viool, een cello of een gitaar. Ze hebben verschillende lengtes van snaren maar ook verschillende klankkasten. Daarom klinken de instrumenten zo verschillend. En dat is precies zo bij de menselijke stem.
Wat voor type personage
hoort bij een lagere stem?

Slide 8 - Woordweb

Bijvoorbeeld bij een lage stem: serieus, wijsheid, komisch, dramatisch, stoer.
Wat voor type personage
hoort bij een hogere stem?

Slide 9 - Woordweb

Bijvoorbeeld bij een hoge stem: onschuldig, jeugdig of jong, lief, slim.
AAN DE SLAG
  1. Maak tweetallen.
  2. Kies een bekend verhaal, zoals een sprookje of film.
  3. Schrijf minimaal 3 personages op
  4. Schrijf bij ieder personage de karaktereigenschappen op.
  5. Bedenk welke bekende artiest dit personage goed zou kunnen zingen en spelen.
timer
15:00

Slide 10 - Tekstslide

Leerlingen kunnen als verhaal bijvoorbeeld kiezen voor bekende films of sprookjes. Bijvoorbeeld via www.grimmstories.com/nl/grimm_sprookjes/index

Ze kunnen eventueel de artiesten in hun stem schema uit opdracht 1 gebruiken.
STEMMEN
Bespreek jullie verhalen en casts met elkaar!

Slide 11 - Tekstslide

Bespreek in groepjes of eventueel klassikaal de bedachte casts en vraag op basis van welke eigenschappen ze dit hebben bedacht. 
Vraag eventueel aan de leerlingen bij welke rol ze zichzelf of elkaar zouden indelen, op basis van hun stem.

STEMMEN
Denkduwtje: waarom verschillen mannen en vrouwen stemmen?

Slide 12 - Tekstslide

Sluit klassikaal af door de leerlingen te vragen of ze denken te weten hoe het komt dat de stemmen van volwassen mannen en volwassen vrouwen verschillen? De stembanden van veel mannen zijn langer en dikker dan die van vrouwen. Hierdoor klinken de meeste mannen lager dan de stem van de meeste vrouwen. Benoem nog even wanneer Kleinkunstig naar school komt en welke workshops de leerlingen kunnen volgen.