Hoe werkt je lichaam les1: Belangrijkste organen

Organen
Lichaam: organen
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Organen
Lichaam: organen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les

Aan het einde van deze les kun je in eigen woorden vertellen wat organen zijn. 
Aan het einde van deze les kun je in eigen woorden vertellen wat de functie is van het hart, de longen, de maag en de darmen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je leren?
Wat zijn organen?
Welke organen zitten er in ons lichaam. 
Hoe zie je hart er uit. 
Hoe werken de longen. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk:
Vrijdag 2 februari DISK-toets

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organen  

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn organen?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Machine
Je lichaam is een bijzondere machine. Om je lichaam te laten functioneren heb je organen nodig. 
De meeste organen zitten in je borstkas

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn organen?
Organen zijn delen van het lichaam
 die een specifieke taak hebben,  zoals het 
hart dat bloed door het lichaam pompt.

Kan iemand een andere taak noemen?

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit wat organen zijn en geef enkele voorbeelden.
Levend wezen
Een orgaan is een deel van een levend wezen (dier of plant) dat een bepaalde taak heeft.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke organen ken jij al?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Alle organen
De mens heeft veel organen
  • Hersenen 
  • Hart
  • Longen 
  • Lever
  • Maag 
  • Nieren 
  • Darmen 
  • Huid 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het Hart
- Spier
- Pompt bloed naar lichaam
- Zuurstof + voedingstoffen naar organen
- Twee helften (links en rechts)
- Twee bloedstromen (groot en klein)

Slide 13 - Tekstslide

Kleine omloop: zuurstof arm bloed vanuit lichaam
rechterhartkamer --> rechterboezem + kamer --> longslagader --> longen --> longader --> linkerboezem + kamer

Grote bloedsomloop: zuurstofrijk bloed verspreidt zich over het lichaam. Linkerkamer pompt het bloed in de aorta --> verspreidt via lichaamsslagaders --> komt zuurstofarm terug door de lichaamsaders. 
Hart
Je hart is een van de belangrijkste organen. Je hart zit midden in je borstkas. 
Bloed
Het hart is een sterke spier die steeds samentrekt en weer ontspant en zo het bloed door het lichaam pompt. In het bloed zitten voedingsstoffen en zuurstof die overal in het lichaam nodig is. 

Per minuut
Het bloed blijft voortdurend rondjes maken in je lichaam. Per minuut verwerkt het hart wel 5 liter bloed! Elke keer als het hart pompt, heet dat een hartslag. Het hart klopt tussen de 60 en 100 keer per minuut. Het hart van een mens is ongeveer zo groot als de vuist en weegt zo'n 300 gram.
Hartslag
Wat je voelt bij je hartslag, is de hoeveelheid bloed die per samentrekking van je hart door de slagader wordt gepompt. Je kunt je hartslag zelf meten

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ziet je hart er uit?
Een hart lijkt eigenlijk niet zoveel op de hartjesfiguren die mensen vaak tekenen. Het hart bestaat uit twee helften, een linker- en een rechterhelft. 
Kamer
De twee helften bestaan elk weer uit twee holle ruimtes, een "boezem" en een "kamer". Die boezems en hartkamers worden van elkaar gescheiden door de hartkleppen. Die kleppen werken een beetje als een sluis. Ze laten het bloed maar in één richting door. Als het hart het bloed heeft weggepompt en daarna even ontspant, dan kan het bloed niet weer terugvloeien.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk
De longen zijn een belangrijk menselijk lichaamsdeel. Ze zorgen er namelijk voor dat er zuurstof in het bloed komt. 
Twee
Het lichaam heeft twee longen. De linker- en rechterlong zitten verpakt in een glibberige zak (het borstvlies), en in een laagje borstvliesvloeistof zodat ze soepel kunnen bewegen tijdens het ademhalen
Hoe werken de longen
De ademhaling wordt gedaan met behulp van het middenrif dat bol en plat wordt als je in of uit ademt. De lucht die we inademen gaat via de luchtpijp naar de longen.  Het hart pompt de zuurstof door het lichaam. Het duurt 7 seconden tot dat de zuurstof naar je teen of naar je hersenen is gebracht.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De Longen
- Bloedvaten (aders, slagaders, haarvaten) langs de longen
- Er komt zuurstof in ons bloed door de ader --> werking organen
- Je blaast afval stoffen uit 


Slide 19 - Tekstslide

Beschrijf de longen en hun functies.
Longblaasjes
De longblaasjes zijn bedekt met haarvaatjes, die het zuurstof uit de longblaasjes opnemen en weer naar het hart brengen.
Haarvaatjes
Wanneer de haarvaatjes zuurstof opnemen uit de longblaasjes, geven de haarvaatjes tegelijkertijd hun koolstofdioxide [een gas in de lucht die je niet kunt ruiken of proeven] aan de longblaasjes. Die brengen het weer terug naar de luchtpijp om het uit te ademen.
Weetjes
Een mens ademt ongeveer 20.000 keer per dag in en uit. Na een grote inspanning ademen we 4 keer zo snel. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De Maag
-Spieren malen het eten fijn met maagsappen
- Zure sappen --> doden bacteriën
-Andere stoffen --> verder verteren
-Halen voedingsstoffen uit het eten


Slide 22 - Tekstslide

Leg uit waar de maag is en wat het doet.
Maag
De maag is een orgaan dat dient om voedsel te verteren.
Bacteriën
In de maag worden er maagsappen aan je voedselbrij toegevoegd die de bacteriën doden. De wand van de maag bestaat uit spieren die het voedsel verder kneden tot een spijsbrij.
Weetje
Wist je dat een koe 4 magen heeft. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Darmen
De darmen zijn een belangrijk deel van je lichaam. Het zijn ingewanden, organen, die je voedsel verteren. De gezonde voedingsstoffen neemt je lichaam op, de slechte stoot het af. De darmen zorgen ervoor dat je kunt poepen
Verschillende darmen
Je hebt de dunne darm, de dikke darm, de blindedarm, de endeldarm, de twaalfvingerige darm en de slokdarm. Sommige darmen doen helemaal niks, zoals de blindedarm maar de andere zijn juist heel erg belangrijk zoals de dikke en de dunne darm.
Lengte
Sommige darmen zijn erg lang. Zo is de dunne darm wel 6 meter en bestaat uit: de twaalfvingerige darm, de nuchtere darm en de kronkeldarm. De dikke darm is dikker dan de dunne darm, maar ook een stuk korter. Dikke darm is maar 1 meter lang. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot is een mensenhart?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zorgen de longen voor?
A
Bescherming voor de andere organen
B
Zuurstof zodat je kunt groeien
C
Bescherming voor je hart
D
Voor zuurstof in het bloed

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vaak denk je dat een mens per dag ongeveer in- en uitademt
A
10.000 keer
B
45.000 keer
C
20.000 keer
D
18.000 keer

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke ken jij?
Zou jij bij de nummers de juiste namen van de organen weten?

De antwoorden
Okay je mag spieken....
1. Hersenen 
2. Longen 
3. Hart 
4. Milt 
5. Dunne darm
6. Dikke darm
7. Nieren
8. Maag 
9. Lever 
10. Luchtpijp

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
- Ieder groepje krijgt een ander orgaan
- Maak een poster over dit orgaan en vertel wat hij nog meer kan, waar hij verbonden mee is, etc. 
- Je kunt de website op de volgende pagina gebruiken.
- Gebruik kleurtjes + tekeningen 
We hangen de posters in de klas.
timer
20:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor morgen:
Maak de volgende 4 vragen in deze LessonUp.

Je mag op internet zoeken.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg in het kort uit wat het hart doet (de functie)

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg in het kort uit wat de longen doen. (de functie)

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg in het kort uit wat de maag doet. (de functie)

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg in het kort uit wat de darmen doen. (de functie)

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies