H3 Scheikunde les 4

H3 Les 4 2.1 t/m 2.3
Scheidingsmethoden 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3 Les 4 2.1 t/m 2.3
Scheidingsmethoden 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gedaan en wat nog te doen
- H1 en opdracht scheidingsmethoden (gedaan)
- Herhaling 2.1 t/m 2.3 (vandaag) 
-  2.4 en herhaling H1 en H2  (volgende week)
- practicum(week na vakantie)--> Al huiswerk aftekenen 
- Test H1+H2 (week na vakantie) 

Slide 2 - Tekstslide

2.1 Soorten oplossingen
- Oplossing 
- Suspensie 
- Emulsie 
- Emulgator 
- Twee lagen systeem 

Slide 3 - Tekstslide

Scheiden van mengsels 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Een vaste stof in een vloeistof kan je scheiden door
A
extraheren
B
destilleren
C
filtreren
D
chromatografie

Slide 6 - Quizvraag

Destilleren is scheiden op basis van
A
kookpunt
B
oplosbaarheid
C
smeltpunt
D
dichtheid

Slide 7 - Quizvraag

Glaswerk 

Slide 8 - Tekstslide

Bezinken en afschenken
  • Scheiden van vaste stof uit vloeistof (suspensie)
  • Scheiden op basis van dichtheid
  • Voorbeeld: theeblaadjes uit thee
  • Nadeel: het duurt vrij lang. Soms is 
filtreren of centrifugeren sneller. 

Slide 9 - Tekstslide

Centrifugeren
  • Scheiden van vaste stof uit vloeistof (suspensie) of emulsies
  • Scheiden op basis van dichtheid
  • Voorbeeld: bloedmonsters 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Papierchromatografie
  • Scheiden van mengsel van vaste stoffen of vloeistoffen
  • Scheiden op basis van oplosbaarheid/hechting
  • Voorbeeld: kleurstoffen scheiden

Slide 12 - Tekstslide

2.3 Vervolg 
- Indampen 
-bezinken 
- Oplosbaarheid van een stof--> eenheid g/L 
- Onverzadigde en verzadigde oplossing 

Slide 13 - Tekstslide

Van welke scheidingsmethode(n) maken we gebruik bij het zetten van koffie?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Extraheren
D
Extraheren & filtreren

Slide 14 - Quizvraag

Waar staat de juiste omschrijving
A
A = filter B= filtraat C = residu
B
A = filtraat B = filter C = residu
C
A = filter B = residu C = filtraat
D
A = filtraat B = residu C = filter

Slide 15 - Quizvraag

Weektaak 
2.3 en 2.4 maken 

huiswerk laten zien

Slide 16 - Tekstslide

Filmpje mengsels 

Slide 17 - Tekstslide