Paragraaf 5.4 deel 1

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 5 paragraaf 4

Deze les:

- Herhaling vorige lessen

- Herhaling doelen en deelvragen

- Uitleg met herhalingsvragen

Wat wordt er aangegeven met nummer 3?

1. Celwand
2. Celmembraan
3. Bladgroenkorrel
4. Cytoplasma

Wat wordt er aangegeven met nummer 4?

1. Celwand
2. Celmembraan
3. Bladgroenkorrel
4. Cytoplasma

Wat wordt er aangegeven met nummer 6?

1. Vacuole
2. Celmembraan
3. Bladgroenkorrel
4. Cytoplasma

Wat wordt er aangegeven met nummer 2?

1. Vacuole
2. Celmembraan
3. Celkern
4. Cytoplasma

Hoe heet het proces dat plaats vind in de bladgroenkorrel?

Wat maakt een plant als deze aan fotosynthese doet? Noem eerst het gas! ..... en ......

Sleep de bloemonderdelen naar de juiste plek

Kroonblad

Meeldraad

Kelkblad

Stijl

Stempel

Stamper

Helmknop

Vruchtbeginsel

Zaadbeginsel

Helmdraad

Bloemsteel

Wat zit er in een zaadbeginsel?

Wat wordt er gemaakt in de helmknop? Meervoud!

Mannelijk of vrouwelijk geslachtsorgaan

Vrouwelijk = stamper

Mannelijk = meeldraad

Zaadje = stuifmeelkorrel + eicel

Bestuiving

• Stuifmeel moet op de stempel van een stamper komen 
  

• Kruisbestuiving - stuifmeel komt op de stempel van een andere bloem van dezelfde soort
• Zelfbestuiving - stuifmeel komt op de stempel van dezelfde bloem of plant

Bestuiving door:

Insecten

• Stuifmeelkorrel komt via de rug van een insect op een stempel
• Insectenbloemen 

Wind

• De wind neemt stuifmeelkorrels mee die toevallig op een stempel komen
• Windbloemen
  

Ontstaan van zaden

1. Stuifmeelkorrel maakt stuifmeelbuis door de stijl
2. Celkern stuifmeelkorrel zakt door stuifmeelbuis
3. Celkern stuifmeelkorrel en celkern eicel smelten samen
4. Eicel groeit uit tot zaadje
   
5. Vruchtbeginsel groeit uit tot vrucht & zaadbeginsel groeit uit tot zaden (pit)

Huiswerk

Paragraaf 5.4

Opdracht 1 t/m 11